Reformatie

Tegelijk verloren en opnieuw geboren.
Tegelijk schuldig en onschuldig.
Tegelijk verloren en behouden.
Tegelijk vijand en vriend.
Tegelijk onrustig en geduldig.
Tegelijk straf en vrijspraak.
Tegelijk liefde en haat.

Tegelijk...

Dat en nog veel meer tegelijk,
waardoor ik op een oprecht
gemaakte zondaar in Christus lijk.
Dan is er in mijn ziel en lichaam samen,
wat ik door Gods Geest nu leerde beamen.

Dat is waar mijn ziel hier op aard,
als een schat in aarde vaten wordt bewaard.
Zolang mijn ziel nog in dit dode lichaam zich bevind,
ben ik alleen in Christus rein, die de Vader bemind.

Mijn ziel wat treur je zo verslagen,
wat ben je onrustig in jouw lot?
Berust in jouw Heer', Zijn welbehagen;
Hij doet welhaast jouw heilzon dagen;
hoop op God, naar Zijn gebod;
jouw redder is mijn God.

psalm 43

Soli Deo Gloria