melodie: Heer wees mijn gids  Joh. de Heer nr. 569 c.c.

1. Heer', draai mij om,

mijn oog naar U gericht,

staan in Uw licht.

U vraagt aan mij,

kind, keer je naar mij om,

ja zondaar kom.

Blijf daar niet staan,

zover bij Mij vandaan.

Ik ben de weg,

waar jij met Mij kunt gaan.

2. Heer', neem mijn hand,

zodat ik niet verdrink,

in drijvend zand.

Geef mij de grond,

waar ik vast op kan staan,

niet zal vergaan.

Legt U mij uit,

hoe ik Uw wil kan doen,

mijn oog niet sluit,

voordat ik ben verzoend.

3. Heer', blijf dichtbij,

zodat ik niet verdwaal

in mijn verhaal.

Geef door Uw Geest,

dat ik verstaanbaar lees,

Uw Woord mij geeft.

Schenk mij 't geloof,

dat U aan mij bindt,

Uw Naam Heer' looft

mijn ziel, die U bemint.

Soli Deo Gloria!

Melodie: Hij die rustig is en stil  Joh. de Heer 133 c.c.

1. Heer', ik bid dit gebed,

door Uw Geest stilgezet,

woord van schuld, in berouw tot U gaan.

Heer', vergeef mij mijn schuld,

laat door U zijn vervuld,

Heer' de wet die Gods liefd' aan mij stelt.

Schenk mij gena',

waar ik ben of naar ga,

lieve Heiland, ja amen,
 maak ook dit in mij waar.


 2. Heer, Uw Geest en Uw Woord,
heeft mijn oor doorgeboord,
ja 'k Uw liefde nu recht mag verstaan,
't  Zet mij stil bij Uw werk,
wat aan 't kruis werd voldaan,
ook door mijn schuld werd U daar veracht.
Mijn hart en stem,
ja gelooft nu in Hem,
die ik dank en mijn loflied
voor mijn Heiland, God breng.


3. Houd mij dicht bij Uw Woord, 
daardoor doe zo het hoort,
nu Uw wet en wil mij dat gebiedt.
Dat Uw Geest door Zijn kracht,
ook bij mij wordt volbracht,
in volharding Uw komst snel verwacht.
Sta Geest mij bij,
dat ik strijd aan de zij
van mijn Heer' en Heiland, 
want Hij kocht mij eens vrij!


Wet en Evangelie!

Soli Deo Gloria!  

30 augustus

„Omdat de liefde Gods in onze harten is uitgestort.” Rom.5:5a

Lezen: Johannes 15:9-17 (Ga naar dit bijbelgedeelte)

Bij het lezen van dit gedeelte rijst de vraag om welke liefde het hier gaat. Dat staat duidelijk in vers 12: om de liefde waarmee de Here óns heeft liefgehad. Dat was de liefde die Hem ertoe dreef Zijn leven voor Zijn vrienden in te zetten (:13); in deze liefde stierf Hij voor ons toen wij nog vijanden waren (Rom.5:10)! Dat is een Goddelijke, zichzelf verloochenende liefde, die niet te vergelijken is met de mooiste liefde die de mens kan opbrengen.
Jezus gebiedt ons elkander lief te hebben gelijk Hij ons heeft liefgehad (:12). We hoeven niet hopeloos tegen dit gebod op te zien, want als God een gebod geeft, is dat meteen ook een mogelijkheid. Wel onmogelijk vanuit onszelf, maar mogelijk gemaakt door Hem, als we ons maar geheel aan Hem toevertrouwen. We mogen vol hoop zijn want de liefde Gods is in onze harten uitgestort door de Heilige Geest (Rom.5:5). In de harten van alle mensen? Neen, Paulus richtte zijn brief aan de geliefden Gods in Rome (Rom.1:7). En wie de geliefden zijn, wordt duidelijk in ons schriftgedeelte vermeld: „Gij zijt Mijn vrienden, indien gij doet wat Ik u gebied!”(:14).
Als wij geliefden Gods zijn, dan moeten wij ook heel zorgvuldig omgaan met de Goddelijke liefde die in onze harten is uitgestort. Wij kunnen dit niet zorgvuldiger doen dan door gehoorzaam te zijn: „Indien gij Mijn geboden bewaart, zult gij in Mijn liefde blijven”(:10). God verwacht van ons dat wij, op dezelfde wijze als Jezus, de geboden zullen bewaren en in de liefde zullen blijven. We hoeven geen angst te hebben voor deze opdracht, want: „Dit heb Ik tot u gesproken, opdat mijn blijdschap in u zij en uw blijdschap vervuld worde!”(:11

www.bijbelsdagboek.nl

In Joh. 14:27 zegt Jezus: Vrede laat Ik u, Mijn vrede geef Ik u; niet gelijk de wereld die geeft, geef Ik hem u.

Vrede, na verdeeldheid.

Vrede wordt gegeven,

waar eerst werd geleden.

Door Jezus komst op aard,

wordt men niet van verdeeldheid bewaard.

Vrede zal men ervaren,

midden tussen oorlog en de gevaren,

waarin men zich bevindt.

Is het Jezus die de satan bindt.

Vrede zal men verstaan,

waar het met de onvrede is gedaan,

waar men Jezus op de golven ziet staan,

is de 'storm' daarvoor gegaan.

Vrede komt er in het hart,

waarvan de deuren waren gesloten,

Jezus komt met Zijn vrede,

door die deuren binnenlopen.

Vrede komt nooit zonder geweld,

want daarvoor is de vrede door niemand besteld.

Maar waar eerst de oorlog heeft gewoed,

komt op hun bede, Jezus met Zijn vrede

door Zijn vergoten bloed.

Soli Deo Gloria!

Zaligsprekingen (7)


‘Zalig zijn de vredestichters, want zij zullen Gods kinderen genoemd worden’ (Mattheüs 5:9, weergave 1534).

Dit is de zevende eigenschap van de discipelen van Christus.Een vredestichter (1) zijn betekent: dat we graag bereid zijn om met raad en daad voor ieder vrede en verzoening te zoeken. Daarentegen dat we toorn en drift, onvrede en onenigheid, en allerlei kwaadwilligheid overal en altijd zoeken te voorkomen. Dit is dan nóg een deugd die wel een echte christelijke eigenschap mag worden genoemd. Geen wonder dat deze deugd hier zo hoog wordt geprezen!
Nu, het is niet zó bedoeld dat het alleen vredestichten wordt genoemd wanneer u tussenbeiden komt als twee kwajongens elkaar in de haren vliegen. Het gaat verder: deze deugd kan en moet men voortdurend beoefenen onder alle standen (2) en onder alle mensen. Waar we maar kunnen, moeten we verdeeldheid tegengaan en verzoening bewerkstelligen.Als voorbeeld: men ziet in de huisgezinnen dat man en vrouw het niet altijd met elkaar eens zijn. Wat doet de duivel dan? Voor hem is dat een goede gelegenheid: hij kan nu de getrouwden aanzetten om ruzie met elkaar te maken. Hij heeft immers duizenden middelen om overal onheil te stichten. Daarom stookt hij het vuurtje op en blaast er net zolang in, totdat er allerlei verwijten over en weer vliegen. Als niemand zijn mond meer in bedwang kan houden, dan heeft deze boef zijn zin en wens verkregen.Maar wat zegt Christus? – Man, vrouw, u bent toch discipelen van Mij? Dan moet u toch weten dat Mijn leerlingen vredestichters zijn? U hebt toch geen plezier in ruzie en twist, in razen, schelden en vloeken?Natuurlijk, er zal ook weleens een verkeerd woord vallen, maar spoedig hebben ze er alweer spijt van en willen weer in vrede met elkaar leven. Zo moeten we met elkaar omgaan. Geef toch geen oorzaak dat de boze moedwil bij u intrekt. Zoek echter altijd dat de eensgezindheid spoedig weer nieuw en volkomen wordt. Dan alleen handelt u als een christen en bent u een zalig mens – want [denk er om!] u bent een discipel van Christus en een kind van God.

Maarten Luther

Onmisbaar!

Dit moet men zeker weten,

dat zolang men leeft op aard,

God wil en zal geen mens vergeten

die, door geloof in Jezus, wordt bewaard.

Dit moet men zeker weten,

dat God Liefde is,

dat is de maat waar God ons mee zal meten,

wanneer onze schuld door Jezus bloed is uitgewist.

Dit hoef ik maar te weten,

dat God mij genadig is,

door Jezus kan ik dat niet vergeten,

dat ik zonder hem Hem alles mis.

Dit mag ik zeker weten,

dat ik zonder Zijn Geest niets weet,

geen ding in mij wordt zuiver afgemeten,

als Hij de maat niet bij mij meet.

Dan zal zonder het te weten,

mij duidelijk voor ogen staan,

dat ik van Gods niets wilde weten,

door Gods Geest, Gods Woord verstaan.

Zalig zijn,  die hongeren en dorsten,

naar de gerechtigheid,

want zij zullen verzadigd worden. matth 5: 6

Verlangend naar Zijn dis, door Hem worden geleid!

Soli Deo Gloria!

Niets hoeven doen!

Als ik iets aan mijn zaligheid zou kunnen doen,

 moet ik alles wat ik heb verkopen.

De opbrengsten daarvan aan de armen geven,

wil ik aan Gods voorwaarden kunnen voldoen,

dan zal ik in Jezus voetstappen moeten lopen,

maar ik kan niets aan mijn zaligheid doen,

dat is voorgoed voor mij afgelopen.

Wat Jezus heeft gedaan is niet te evenaren,

daar God anders het leven van Hem zou sparen.

Het werkverbond is door Hem volbracht,

daar kan geen werk van ons bij worden aangebracht.

Wie meent buiten Hem nog iets vast te kunnen houden,

bewijst op Jezus werk alleen niet te vertrouwen,

buiten Gods genadeverbond,
 kan er niets meer worden aangebracht!

Soli Deo Gloria!

Een nieuw woord gehoord!


Wenswachtende mensen

zijn mensen, die wachten 
op de vervulling van hun wensen,
die vast zitten in hun gedachten.
Hun wensen worden zo niet vervuld
en menen dan vaak, dat is niet hun schuld.


Wenswachtende mensen
hebben redenen genoeg
om hun wensen te laten vervullen.
Hun omstandigheden vragen daarnaar,
maar hun wensen kan men zo niet vervullen,
want de voorwaarden zijn nog niet klaar.


Wenswachtende mensen
komen daardoor in een rij te staan,
want de voorwaarden, daar voldoen ze niet aan,
daardoor blijft voor hen over de wensen,
die vaak te laat in vervulling zijn gegaan.
Wens wachtende mensen die te vroeg zijn heengegaan.


Wenswachtende mensen,
kunnen ook mensen zijn, die hebben geleerd
hoe zij alleen kunnen voldoen aan Gods wensen,
en blijven daarom vaak hun leven lang onbekeerd.
Het blijft bij hen, wat zij menen dat God zou wensen
maar als God het niet doet, heeft Hij dat niet gewild
zo hebben zij dat van anderen geleerd.


Wenswachtende mensen kregen één talent
van God, die hen van het begin af heeft gekend.
Hij verbond aan hen Zijn liefdevolle Naam
en liet op Zijn wensen voor hun schulden,
Jezus, Zijn Zoon aan het kruishout slaan.
Maar er kwam bij die mensen 
geen vruchtbaar antwoord voor Hem staan.


Mensen, wacht niet op vervulling van je wensen,
God heeft in Zijn Zoon alles voor ons gedaan,
wie dat door Hem gelooft, zal eeuwig leven,
Gods wensen zult u in vervulling zien gaan,
eeuwig God lovend voor Zijn troon doen staan.
omdat zij, door het geloof in Zijn Zoon
aan Gods voorwaarden hebben voldaan.


Soli Deo Gloria!    

De juiste volgorde.

God geeft mij in Zijn Woord

door Zijn Geest gehoord,

dat wat bij mij vooraf is gegaan,

waardoor ik nu Zijn 

verkiezende liefde kan verstaan.

God gaf aan mij Zijn verbond,

waardoor het vast en zeker stond,

dat Hij mijn Vader wil zijn,

al verstond ik dat toen niet

omdat ik was nog heel klein.

God gaf daarin Zijn hand

door Jezus Zijn Zoon,

de innige liefdesband,

Die door Zijn kruis nam van mij, 

mijn verdiende zondaarsloon.

Gods Geest in mij verklaarde

de liefde van mijn God en Vader,

zodat ik Zijn Zoons woord en werk verstond,

dat werd de enige vaste grond

van mijn vertrouwen.

God gaf aan ons Zijn woord,

dat nooit meer kan worden tegengesproken,

de mens die dat door Zijn Geest heeft gehoord,

heeft met zijn eigen woorden gebroken,

die spreekt en doet dan naar Gods Woord

en zegt: Ik heb het van God zelf gehoord!

Soli Deo Gloria!

God geeft en onthoudt...

God heeft ons geschonken

zijn waarachtig Woord,

door klokken heeft dat geklonken,

zodat de hele aarde het hoort.

God heeft ons verkondigd

door Zijn Woord en Geest,

dat zij die hebben gezondigd,

het daarin verstaanbaar leest.

God heeft het ons gegeven,

omdat Hij Liefde is,

waardoor zondaars zich begeven

naar waar geen haat meer is.

God heeft het ons laten zien,

in Jezus Christus, Zijn Zoon,

dat Hij de schuld kreeg door ons verdiend,

dat was Zijn liefdesloon. 

God heeft ons geschonken,

Zijn beloftes en die zijn waar,

daar kunnen wij gelovig op vertrouwen,

de vaste grond waar wij op pleiten aldaar.

God heeft ons geschonken,

vergeving van onze schuld,

daarvoor heeft Jezus de beker leeg gedronken,

zo Gods recht voor ons vervuld.

God zal zeker niet kunnen behouden,

die aan Zijn Genaderecht niets heeft,

zij die niet op Zijn Zoons werk vertrouwden,

voor eigen schuld hun straf dan geeft.

Soli Deo Gloria!

Stoppen of doorgaan?

Op Facebook blijven bedekt,

onze aller grootste zorgen,

want wanneer die bij ons worden ontdekt,

kan en wil daar alleen God voor zorgen.

Die worden door Zijn Geest en Woord in ons verwekt,

zo niet, dan houden wij ons voor God verborgen,

krukken en krikken wij onszelf met kapot gereedschap op,

wordt het geen tijd dat ik daar nu maar eens mee stop,

zodat God mij kan verzorgen?

Soli Deo Gloria!

Ontdekt worden

Wanneer ik ergens zonder kleren sta,

moet er deur zijn die dan op slot gaat,

omdat ik mij voor vreemden zou schamen

als die bij mij onverwachts binnenkwamen.

De vraag is bij mij nu ontstaan,

waar komt die schaamte dan vandaan,

zou dat het niet kunnen wezen,

dat Gods recht op mij dat heeft gedaan?

Daardoor bedek ik dan bij mij,

de dingen die Hij niet mag zien of weten,

terwijl ik daarmee laat blijken,

dat ik niet meer op Hem kan lijken.

Jezus kwam door dichte deuren,

zonder dat men Hem hadden verwacht,

dat kon door Zijn onschuld gebeuren,

daar Hij Zijn vrede hen bracht.

Waar Jezus de mens ontmoet,

is Hij het die ons van schaamte ontdoet,

daarvoor moest Hij naakt aan het kruis hangen,

door en voor ons, zo wil God ons ontvangen.

Wanneer Jezus mij ontmoet,

is Hij het die mij met vrede begroet,

uit die ervaring kan ik spreken dat 

geen ding bleef in en rondom mij onbedekt,

waardoor Hij Zijn liefde voor mij, 

en ik in Hem, in mij heeft verwekt.

Wie Jezus door Zijn Geest en Woord ontmoet,

kan niets voor zichzelf meer achterhouden.

Daarom zegt Hij, 

komt allen tot Mij, die vermoeid en belast zijn,

Ik zal je rust geven, (Math. 11:28)

op Zijn liefde voor jou en mij, 

kunnen wij vertrouwen!

Soli Deo Gloria!

De perfecte werkelijkheid!

lezen: de Romeinen brief.

Taal is het voertuig,

waarin de boodschap wordt begeleid.

Zijn daar gebreken aan

dan wordt het doel vaak niet bereikt

waarvoor de boodschap is verzonden.

Men reageert dan meestal niet of

wordt er commentaar op het voertuig,

met of zonder de boodschap,

naar de afzender teruggezonden.

Heeft men de boodschap,

dan door het voertuig,

wel willen of niet kunnen ontvangen?

Zolang men zich daaraan ergert

is de kracht en de zin van de boodschap

gewogen en te licht bevonden.

Taalvoertuigen veranderen

net als andere voertuigen in korte tijd,

je kunt er nauwelijks aan wennen

of er bestaat al weer onderscheid

in woorden of dingen

die men nog niet kenden.

Hoe sneller de tijd dan ook gaat,

een niet foutloze boodschap

komt mede daardoor dan te laat,

waardoor er vaak zelfs

een oorlog ontstaat.

De perfecte werkelijkheid

bestaat er na Adam op aarde niet,

daardoor ontstond er veel leed en verdriet,

wie daar zijn zinnen toch nog door leidt,

lijkt op de mens die wil zijn

aan een foutloze God gelijk.

Die mens valt er dan af,

omdat die wel de perfectie inhoudt,

maar niet de vorm in de zichtbare

werkelijkheid gaf.

Laat men zulke perfecte mensen

over elkaar heersen,

dan is dat door mijn gebrek

een wedstrijd waar ik mij

niet meer wil door laat beheersen,

laat staan zo zal wensen.

Jezus Christus was zonder fouten

volkomen volmaakt op aard.

Daarom werd Hij Gods Zoon

door de zo geziene perfecte mensen

als een Gods wet overtreder schuldig verklaart.

Hij nam het voor de afhankelijke op,

genas zieken en zette een begrafenis stop

om de dode daarop van de dood op te wekken.

Er kan geen volmaakt perfect mens

daardoor zonder Gods Zoon,

onschuldig bevonden worden voor Gods troon.

De perfecte werkelijkheid is voor de goddelozen,

die door Christus dood zijn gerechtvaardigd.

Voor hen hier op aard nog een droom,

maar die eens werkelijk perfect uit zal komen.

Soli Deo Gloria!

Leren verstaan en spreken!

Kinderlijk eenvoudig



zingen: Psalm 56 Vers 5

Ik roem in God; ik prijs 't onfeilbaar woord;
Ik heb het zelf uit Zijnen mond gehoord;
'k Vertrouw op God, door gene vrees gestoord;
Wat sterv'ling zou mij schenden?
Ik heb beloofd, wanneer G' in mijn ellenden
Mij bijstand boodt, en 't onheil af zoudt wenden,
Tot U, o God, mijn lofzang op te zenden,
Door ijver aangespoord.

Het leren van mijn moeders taal,

ging als vanzelf, het was heel normaal,

zo zelfs dat ik al heel snel vergat,

van hoe deden mijn vader en moeder dat.

Ik weet niet hoe wij elkaar konden verstaan,

daar heb ik onwetend iets aan gedaan,

misschien heb ik best veel moeten herhalen

om mijn woorden verstaanbaar te vertalen.

Luisteren is een heel belangrijk ding,

waardoor ik de woorden makkelijk zing,

omdat zij door muziek gedragen,

ik ze vele malen makkelijk kan herhalen.

Hoe anders was het met Gods woord,

dat na vele jaren werd gehoord,

door mij toch niet zo werd verstaan,

hoe God het bedoelde en dat voor mij heeft gedaan.

Ik vroeg mijn ouders daar heel jong al naar,

maar vreemd het antwoord was niet klaar

en duidelijk, zodat ik aannemelijk begrijpen kon,

wanneer dat verstaan van God nu eigenlijk begon.


Weinig werd er gesproken over de God van het verbond,
die mij bij mijn doop,wat ik toen niet wist,
dat Hij Zijn Naam in genade aan mij verbond,
daar heb ik mij heel lang en soms nog in vergist.

Totdat eens kwam dat bijzondere moment,

waardoor ik Gods bedoeling in Christus met mij kende,

dat was het allergrootste Goddelijke wonder,

want toen ging ik in Zijn liefdes taal echt ten onder.


God liet mij door Zijn Woord en Geest verstaan,
wat Hij in Zijn verkiezende liefde voor mij heeft gedaan,
de orde van het heil kwam bij mij andersom te staan,
God gaat in de tweede Adam met Zijn verbond vooraan.


Als een verdwaald schaap ben ik gevonden,
buiten de afrastering waarin ik was gebonden,
zo leerde ik de lokstem van mijn Heiland verstaan,
dat heeft Gods liefde, die ik toen pas kende, gedaan.  

Zijn Geest verbond mij aan Zijn Woord,

zo had ik het van geen mens gehoord,

God Zoon nam door Gods Geest mijn mond en oor,

waardoor ik nu verstaan en spreken kan Zijn Woord;

Soli Deo Gloria!

22 augustus

„Maar nu, vergeef toch hun zonde - en zo niet, delg mij dan uit het boek dat Gij geschreven hebt.” Ex.32:32

Lezen: Openbaring 2:1-7 (Ga naar dit bijbelgedeelte)

De sterren zijn de engelen der Gemeente, zegt het bijbelgedeelte van vandaag (1:20). Dat zij sterren worden genoemd is om hun heerlijkheid te symboliseren. De engelen der Gemeenten zijn geen beschermengelen of andere hemelse figuren, want die zullen niet opgeroepen worden tot bekering (:5). Neen, het zijn de boodschappers van de Gemeenten, zoals ook de profeet Haggai werd genoemd (Hag.1:13) en de priester (Mal.2:7). De zeven sterren, engelen, zijn dus de voorgangers der Gemeenten. Het getal zeven wijst op een volheid en het gaat daarom dus ook om de Gemeente en haar voorgangers in onze tijd!
Kennelijk is het niet genoeg te weten dat Hij ons in Zijn hand houdt. Neen, het blijkt dat Hij ons van nabij kent; dat is wel heel duidelijk te verstaan uit wat volgt! „Ik weet uw werken en uw inspanningen...” en wat verder volgt. Van de voorganger van de Gemeente te Efeze wordt geweldig veel goeds gezegd, meer dan van ons te zeggen is... Maar ondanks dat zegt God: „Gedenk dan van welk een hoogte gij gevallen zijt!” Waarom? Omdat de eenvoudige toewijding aan Jezus, de liefde tot Hem, verloren is geraakt! Jezus is in de praktijk van het leven geen Heer meer. En dieper kan een mens niet vallen! Maar dan nòg verstoot God Zijn kinderen niet, doch Hij roept ze op tot bekering en tot opnieuw weer leren leven en werken vanuit de innige liefdesgemeenschap met de Here.
Wanneer op deze oproep geen bekering volgt, zal de Here komen en de kandelaar van zijn plaats nemen: de Gemeente (1:20) wegnemen.
De onbekeerde zal er wel niets van merken; hij heeft de organische band met de Here immers nooit gekend of al lang losgelaten! De Eredienst gaat door, maar de Here is weg! „O, God, vergeef ons, anders kunnen wij niet verder leven!”

www.bijbelsdagboek.nl

Alleen Gods werk!

  Matth. 13.  Het onkruid tussen de tarwe.

24 Een andere gelijkenis hield Hij hun voor. Hij zei: Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan iemand die goed zaad zaaide in zijn akker.

25 Maar toen de mensen sliepen, kwam zijn vijand en zaaide onkruid tussen de tarwe, en ging weg.

26 Toen het gewas opkwam en vrucht voortbracht, kwam ook het onkruid tevoorschijn.

27 De slaven van de heer des huizes gingen naar hem toe en zeiden: Heer, hebt u niet goed zaad in uw akker gezaaid? Waar komt dan dit onkruid vandaan?

28 Hij zei tegen hen: Een vijandig mens heeft dat gedaan. De slaven zeiden tegen hem: Wilt u dan dat wij erheen gaan en het verzamelen?

29 Maar hij zei: Nee, opdat u bij het verzamelen van het onkruid misschien ook de tarwe zelf uittrekt.

30 Laat ze samen tot de oogst opgroeien, en in de oogsttijd zal ik tegen de maaiers zeggen: Verzamel eerst het onkruid en bind het in bossen om het te verbranden,  maar breng de tarwe bijeen in mijn schuur. 

melodie: psalm 119

1. God heeft in mij geploegd, gezaaid, geplant

Zijn Woord om naar Zijn wet en wil te leven,

daar eens de vrucht door Hem wordt afgemaaid.

Mijn ziel mag door Zijn Zoon die vrucht Hem geven.

De boze plant die daar nog tussen staat,

zal eenmaal aan het vuur worden gegeven.

2. De vreugde die mijn ziel hier al doorleeft,

komt omdat God mijn hart eens heeft verkozen,

waarin Hij Zijn werk en zegen in geeft,

dat tegenwerkt de werken van de boze.

Hoe zwaar en moeilijk dat nog in mij leeft,

weet ik nu vast dat is nog maar een poosje.

3. Gods Geest geeft kracht en voedsel aan mijn ziel,

waardoor de vruchten van Hem kunnen groeien,

waarvan de opbrengst nimmer tegenviel,

die Hij door Jezus werk hier nog laat bloeien.

Zolang mijn God dat bij mij nodig acht,

laat Hij die vruchten voor Hem verder groeien.

4. Hoe goed en groot is in dit werk mijn God,

waar ik nu leer door tegenspoed en slagen,

dat ik daardoor voor Hem gevormd nu word

en leren moet dit aan Hem steeds te vragen,

Heer', laat nu niet mijn eigen wil dat doen,

wat U, Uw Vader dan niet voor kan dragen.

5. Geen macht of kracht is sterker dan mijn Heer',

waarop ik door Hem nu vast mag vertrouwen,

Zijn Geest leidt mij nu veilig naar Zijn leer,

door het geloof in Hem mij vast kan houden,

zie ik in mij de dood daardoor niet meer,

maar God waar' k eeuwig levend, op kan bouwen.

Soli Deo Gloria! 

Zo dicht erbij 

en toch veraf zijn.

melodie: De lofzang van Zacharias.

1. O Heer' zet in dit hart van mij

de aardse dingen nu opzij,

laat daar geen zonden meer in toe,

geef door Uw Geest de vraag van hoe

ik doen moet wat Uw wil gebiedt.

Want zonder Hem zie ik dat niet.

Laat mij niet tegenspreken,

dat Woord waardoor U tot mij kwam,

wat mij verbond aan Adams stam,

dat U gewillig op U nam.

2. Laat door Uw Woord mij Heer', verstaan

het werk dat door U  is gedaan,

O Geest doorbreek daarvoor mijn oor,

waardoor ik Jezus woorden hoor,

laat al die dingen die ik dien,

daarin de schulden aan mij zien.

Zodat ik kan belijden,

dat Jezus kwam ook voor mijn schuld

die Hij aan 't kruishout heeft vervuld,

dan zal Hij mij verblijden.

3. Mijn ziel zingt nu mijn God ter eer,

eerbiedig kniel ik voor Hem neer.

Eerst heb ik over Hem gehoord,

maar nu versta ik pas Zijn Woord.

Doordat Hij kwam in Adams stam

zo al mijn schulden op zich nam.

Dat wonder van genade,

waardoor ik nu mijn Heiland ken,

mijn danklied voor mijn Koning breng,

O zondaar ja, kom toch tot Hem.

Soli Deo Gloria!  

Juicht, weest met mij verheugd!

melodie Psalm 108

1. Mijn hart, dat opspringt in de Heer'

verheugt zich steeds ja keer op keer,

omdat God mij genadig is,

mijn schuld heeft Jezus uitgewist.

Kom ga met mij en weest verblijd

om Hem die ons van schuld bevrijdt.

Laat Hij dan ook uw tranen drogen

en met mij nu Zijn Naam verhogen.

2. Laat God ons niet meer treurig zien,

die dank heeft Hij zo niet verdiend,

weest eerlijk en voor Hem oprecht

door wat Zijn Woord ons heeft gezegd.

Geef satan dan geen plaats voor Hem,

luister alleen naar Jezus stem;

het is volbracht heeft Hij gesproken,

waar satans werk mee werd verbroken.

3. Geen mens heeft nu nog recht op schuld,

wanneer zijn Heer' die heeft vervuld,

laat af daar dan op t' rug te zien,

de straf daarvoor heeft Hij verdiend.

Geef Hem daarom de dank en eer,

geloof alleen in God de Heer’,

roept om Zijn hulp in de verleiding,

laat tussen Hem en ons geen scheiding.

4. Geloof geen woord van satan meer,

ga tegen hem dan in 't verweer,

wijst zijn verleidingen zo af,

zijn wil trekt naar de dood en t' graf.

Geloof alleen dat Woord van God,

waardoor u nieuw geboren wordt,

dan zal uw ziel Zijn gunst gevoelen,

wat Gods liefde in ons bedoelde.

5. Zo gaan wij samen dan op reis,

naar waar Gods Geest ons henen wijst,

leggen de lasten voor Hem af,

daar Jezus ons Zijn kruis voor gaf.

Juicht, aarde juicht alom den Heer',

waar heel Zijn Kerk naar wederkeer,

komt laat ons daar naar doen verlangen

waar onze God ons wil ontvangen.

6. Bedroefden, richt uw hoofden op,

verslaafden keert u uit het slop,

wendt u zich tot de God die leeft,

Die nieuwe krachten aan u geeft,

Hij laat geen enkel mens vergaan,

die pleitend voor Zijn Zoon wil staan,

zijn noden aan Hem toe vertrouwen

Hij heeft beloofd hem vast te houden.

7. Laat twijfel, angst en vrees nu los,

richt u naar Hem die u verlost,

door voor ons in de bres te staan,

liet Hij zich aan het kruishout slaan.

Wie is een God als onze God,

die op zich nam de haat en spot,

om ons van doodschuld te bevrijden,

heeft Hij voor Gods recht moeten lijden.

8. Eens komt de dag door God bepaald,

dat Hij mij van de aard' hier haalt

om voor Zijn rechterstoel te staan,

daar waar eens Jezus heeft voldaan.

Dat ik gewassen door Zijn bloed,

zo zonder schuld mijn God ontmoet,

dan kan 'k oprecht mijn Vader zeggen,

eeuwig mijn dank aan Hem voorleggen.

Soli Deo Gloria!

Gesprek met de duivel

En ik hoorde een grote stem, zeggende in de hemel: Nu is de zaligheid en de kracht, en het Koninkrijk geworden van onze God, en de macht van Zijn Christus; want de verklager van onze broeders, die hen verklaagde voor onze God, dag en nacht, is neergeworpen.

Openbaring 12:10

Als zonde en duivel komen om je aan te vallen…, hoe moet je jezelf dan tegen hen verdedigen en je verweren? Wat moet je zeggen of doen om ze weg te jagen? Zo moet je doen! Als de zonde komt en je aanklaagt en zegt: ‘Dit en dat heb je gedaan! waar wil je nu heen? Als ze roepen: ‘Je bent verloren, je moet naar de hel, je bent geen christen en dat is je plaats!’’ antwoord dan: ‘Ik heb gezondigd, dat weet ik heel goed. Als ik echter een christen ben gaat het mij niets aan, want er is Eén die Christus heet. Kom dan maar hier, lieve zonde, dood en duivel, laten wij naar Christus zien of Hij ook zonde, dood en duivel aan Zich draagt. Ik weet zeker dat je aan Hem niets zal vinden, daarom, zonde, dood en duivel en alles wat mij aanklaagt, ik ben niet een dergenen die voor jou bevreesd zijn, want Christus, mijn lieve Heere, heeft mij Zijn overwinning – waardoor jij op de grond vertreden bent – geschonken en vanwege dit geschenk draag ik mijn naam, en die is CHRISTEN en verder niets! Mijn zonde en dood zijn Hem aan de hals gehangen op Goede Vrijdag, maar op de Paasdag zijn zij verdwenen en verslonden. Hij heeft mij deze overwinning geschonken, daarom wil ik niet naar je luisteren.’

Predigt am Ostersonntag 17. April 1530, vgl. WA 32, 44, 4-24

Maarten Luther