zaterdag 30 augustus 2014


Melodie: Hij die rustig is en stil  Joh. de Heer 133 c.c.




1. Heer', ik bid dit gebed,
door Uw Geest stilgezet,
woord van schuld, in berouw tot U gaan.
Heer', vergeef mij mijn schuld,
laat door U zijn vervuld,
Heer' de wet die Gods liefd' aan mij stelt.
Schenk mij gena',
waar ik ben of naar ga,
lieve Heiland, ja amen,
 maak ook dit in mij waar.


 2. Heer, Uw Geest en Uw Woord,
heeft mijn oor doorgeboord,
ja 'k Uw liefde nu recht mag verstaan,
't  Zet mij stil bij Uw werk,
wat aan 't kruis werd voldaan,
ook door mijn schuld werd U daar veracht.
Mijn hart en stem,
ja gelooft nu in Hem,
die ik dank en mijn loflied
voor mijn Heiland, God breng.


3. Houd mij dicht bij Uw Woord, 
daardoor doe zo het hoort,
nu Uw wet en wil mij dat gebiedt.
Dat Uw Geest door Zijn kracht,
ook bij mij wordt volbracht,
in volharding Uw komst snel verwacht.
Sta Geest mij bij,
dat ik strijd aan de zij
van mijn Heer' en Heiland, 
want Hij kocht mij eens vrij!


Wet en Evangelie!

Soli Deo Gloria!  



30 augustus


„Omdat de liefde Gods in onze harten is uitgestort.” Rom.5:5a


Lezen: Johannes 15:9-17 (Ga naar dit bijbelgedeelte)


Bij het lezen van dit gedeelte rijst de vraag om welke liefde het hier gaat. Dat staat duidelijk in vers 12: om de liefde waarmee de Here óns heeft liefgehad. Dat was de liefde die Hem ertoe dreef Zijn leven voor Zijn vrienden in te zetten (:13); in deze liefde stierf Hij voor ons toen wij nog vijanden waren (Rom.5:10)! Dat is een Goddelijke, zichzelf verloochenende liefde, die niet te vergelijken is met de mooiste liefde die de mens kan opbrengen.
Jezus gebiedt ons elkander lief te hebben gelijk Hij ons heeft liefgehad (:12). We hoeven niet hopeloos tegen dit gebod op te zien, want als God een gebod geeft, is dat meteen ook een mogelijkheid. Wel onmogelijk vanuit onszelf, maar mogelijk gemaakt door Hem, als we ons maar geheel aan Hem toevertrouwen. We mogen vol hoop zijn want de liefde Gods is in onze harten uitgestort door de Heilige Geest (Rom.5:5). In de harten van alle mensen? Neen, Paulus richtte zijn brief aan de geliefden Gods in Rome (Rom.1:7). En wie de geliefden zijn, wordt duidelijk in ons schriftgedeelte vermeld: „Gij zijt Mijn vrienden, indien gij doet wat Ik u gebied!”(:14).
Als wij geliefden Gods zijn, dan moeten wij ook heel zorgvuldig omgaan met de Goddelijke liefde die in onze harten is uitgestort. Wij kunnen dit niet zorgvuldiger doen dan door gehoorzaam te zijn: „Indien gij Mijn geboden bewaart, zult gij in Mijn liefde blijven”(:10). God verwacht van ons dat wij, op dezelfde wijze als Jezus, de geboden zullen bewaren en in de liefde zullen blijven. We hoeven geen angst te hebben voor deze opdracht, want: „Dit heb Ik tot u gesproken, opdat mijn blijdschap in u zij en uw blijdschap vervuld worde!”(:11

www.bijbelsdagboek.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten