Nemen en geven 2.

melodie: gezang 228 HB

1. Neem mijn ik gericht zijn Heer'

uit mij weg, ja telkens weer

blijkt dat ik de aandacht vraag 

wat ik wil en doe vandaag.

2. Geef mij Heer' Uw wil in mij,

die maakt mij van zonden vrij

door wat Jezus voor mij deed,

waardoor God mijn schuld vergeeft.

3. Neem in mij de twijfel weg,

wat de satan in mij legt, 

Hij die mij verleiden zal

brengt mij in dat jammerdal.

4. Geef mij Uw beloftes Heer'

daarop pleit ik telkens weer,

wat mij vast en zeker maakt

al mijn twijfel tegenstaat.

5. Neem mijn leven geef dat Heer'

't leven uit Uw Vader weer,

waardoor ik niet sterven kan,

eeuwig leven mag ik dan.

6. Geef mij woorden in de mond,

die getuigen wereldrond,

van de Liefde die U geeft,

waar de lof voor U in leeft.

7. Neem mijn leven eens van 'd aard,

daar het door U wordt bewaard,

tot de dag waar U verschijnt,

U nooit meer van mij verdwijnt.

Soli Deo Gloria! 

Nemen en geven 1.

* Gezang 228 Herv. bundel

Neem Heer', mijn ik gericht zijn, weg

zodat ik luisteren mag wat U zegt,

laat mijn verhaal maar zijn vergeven

dan kom ik Uw doel, met mij daarin tegen.

Neem Heer' mijn ijdelheid gevangen,

doe mij naar Uw Koninkrijk verlangen,

geef mij een hart waarin U leeft

en alles van mij aan U overgeef.

Neem Heer' mijn lusten in mij weg

die niet willen wat Uw wet mij zegt,

laat Uw Geest mij duid'lijk maken,

waar Uw Liefde mij mee wilt raken.

Neem Heer' mijn gedachten gevangen,

zodat zij U niet meer tegenstaan

om voor mij aan het kruis te hangen,

wat U voor mij eens heeft gedaan.

Neem Heer' mijn eigen willen weg,

zodat ik doen wil wat U zegt.

Wendt Satans willen van mij af,

die mij brengen in dood en graf.

Neem Heer' bij mij het tegenspreken weg,

waar anderen door kunnen lijden,

laat Uw Waarheid doen wat die mij zegt,

samen eeuwig daarin te mogen verblijden.

*Neem mijn leven laat het Heer',

toegewijd zijn aan Uw eer,

maak mijn uren en mijn tijd,

tot U lof en dienst bereid.

Soli Deo Gloria!   



Een christen taak.

 

1 Tim. 2:1-7

Een Christen is op aarde

voor God van grote waarde,

zijn leven wordt geheel herkend

door Gods wil te doen

in zijn gebed, wat hij tot Hem zendt.

 

Zijn zorg is aan die van God gelijk,

dat uit de inhoud van zijn gebed blijkt,

hij smeekt met Jezus aan het kruis,

vergeef ook de zonden van mensen,

die niet weten wat ze God aandoen.

 

Hij pleit bij God op wat Hij wil,

dat alle mensen zalig worden,

roemt God om Zijn grote kracht,

waarvan hij hulp van Hem verwacht

en smeekt om Zijn gunst in genade.

 

Hij luistert naar hun nood en klachten,

waardoor zij niets van God verwachten,

vertelt hun noden aan zijn God,

smeekt om redding in hun ellendig lot

en vraagt of Zijn hulp geboden wordt.

 

In zijn dienst aan hen is hij gelijk

zoals ook Christus naar hem kijkt,

in liefde en met veel geduld,

vergeeft hij hen ook al hun schuld,

die hij door hen heeft geleden.

 

Een christen draagt de wereld op zijn hart,

deelt met hen in hun nood en smart,

door aan God voor hen te vragen,

Heer' wilt U hen in Uw armen dragen

en geef hen wat U nodig acht.

 

Een christen komt ook in de schuld,

als hij zijn plicht voor hen niet vervuld,

 juist hij weet wat er nodig is,

waarvoor God zijn schuld heeft uitgewist

zal zich daarom niet van zijn taak onttrekken.

 

Smeekt God, wil Uw opdracht aan mij 

met het dankoffer aan U, in mij ontdekken!

 

Soli Deo Gloria!

Eenzaam?

     Ezech. 11: 1-20

 

Eenzaam maar niet alleen,

maar hoe

in blijdschap

of  geween?

Waarom en waarvoor

ben je eenzaam

wel of niet alleen?

Elia voelde zich alleen,

maar God zag

nog zevenduizend mensen

om hem heen,

niet wat hij zag was waar,

dat is dit

wat God hem verklaart.

 

Eenzaam was Jezus aan het kruis,

Hij vroeg waarom God

Hem had verlaten,

maar hoe velen zijn er

nu en straks bij Hem thuis,

die hier God

eerst hebben verlaten?

Eenzaam in een huis

met veel bejaarden samen,

ook dat leven is een kruis,

als hun kinderen niet kwamen,

maar zij zijn niet alleen

met Jezus in Zijn lijden,

daar kunnen zij zich

eeuwig om verblijden.

Eenzaam maar niet alleen

zijn er duizenden op aarde,

midden in hun dood

en zonden om hun heen.

Maar zij zijn niet alleen

waar God aan hen samen,

Zijn Verlosser aanbood.

Eenzaam in de vreemde

met kerkelijke ontheemden,

maar God die aan hen denkt,

in liefde Zijn genade schenkt.

Al zijn zij eenzaam

maar toch niet alleen,

God is in Zijn Wonder 

altijd om hen heen,

die kunnen niet meer zonder.

 

 

Eenzaam en alleen

in een kerk met duizenden om je heen,

daar waar ook dingen gebeuren,

die God niet goed kan keuren.

Eenzaam maar niet alleen

ben je daar met niemand om je heen.

Lees dan maar Zijn Woord alleen!

Soli Deo Gloria!



 

 

Instemmen!

 

 

 

 

Heer' als U mij zou geven,

wat ik heb verdiend,

ik zou geen moment meer leven,

geen nieuwe dag meer zien.

Ik zou hier niet hebben geschreven,

waar mijn leven nog toe dient.

 

 

 

 

Heer' U hebt mij gegeven,

wat ik niet heb verdiend,

zoveel genade gekregen,

wat Uw Geest mij laat zien,

dat in Uw Woord is geschreven,

waar mijn leven voor U toe dient.

 

 

 

 

Heer' U hebt mijn ogen geopend

voor Uw liefde en Uw trouw

in mijn leven, dat al slopend'

zich daaraan niet houdt.

Waarvoor ik mij nu moet schamen,

Uw recht op mijn dood moet beamen.

 

 

 

Heer' U hebt mijn handen gevouwen

mijn hoofd doen buigen bij Uw kruis,

het gebed om vergeving mij gegeven

naar Gods recht in het Vaderhuis.

Laat mij U oprechte dankoffers brengen,

die U met Uw bloed wilde mengen.

 

 

 

Heer' laat er niets in mij overblijven,

wat Uw Waarheid nog tegenspreekt.

In het geloof dat U mij gaf,

alles aan U toevertrouwen,

wat mij doet instemmen

met mijn dood en mijn graf.

 

 

 

Heer' leer mij de woorden te spellen,

die Uw Geest mij nog leert,

om Uw Waarheid te kunnen vertellen,

hoe Uw vergoten bloed ons tot God bekeert.

Dat U het aan ons mensen doet blijken,

hoe U nog naar ons om wilt kijken.

 

 

 

Heer' laat dat een wonder mogen zijn,

waar door ons niet om is gebeden,

maar wat duidelijk in ons zal zijn

waarvoor U kwam en hebt geleden.

Maak ons van groot tot klein

door dat wonder

van Uw gena' tevreden!

 

 

Dan looft mijn hart en mond
het doel van mijn leven,
 U in alles alleen de eer geven!

 

 

 

Soli Deo Gloria!

 

Een nieuw lied!

1. Als ik niet kan slapen

liggend zonder licht,

schrijft God in mijn gedachten,

weer een nieuw gedicht.

2. Hij leert mij eerst bidden

door Zijn Woord en Geest,

doet mij van God begeren,

dat Hij mij voorleest.

3. Geef in 't nacht' lijk duister,

Uw onmisbaar licht,

een oor dat naar U luistert

wat Uw Geest verricht.

4. Spiegelt mij voor ogen,

't kruis op Golgotha,

door Jezus hoofd gebogen,

schonk God mij gena'.

5. Zijn Woord als een wonder

komt dan op in mij,

nooit kan ik dan nog zonder,

mijn God maakt mij blij.

6. Eens laat Hij mij slapen

in een duistere nacht,

daar zal Hij voor mij waken,

zo 'k Zijn komst verwacht.

7. Laat ons nu Uw Woorden
zingen tot Uw eer,
door vele monden horen
tot U wederkeert!


Soli Deo Gloria!

 

 

 

Onderscheid moest er wezen!

 

 

 

 

Het onderscheidenlijk vermogen

tussen waarheid en bedrog,

wordt zuiver gezien door Gods ogen,

wat door Zijn Woord en Geest

in het hart van de mens

niet tegengesproken wordt.

 

 

 

Het onderscheidenlijk vermogen

tussen Gods Wet en Zijn genade

kunnen mensen met hun ogen

en verstand wel zien of weten,

maar zonder Woord en Geest te zijn gemeten,

niet kan doorgronden de diepste waarden.

 

 

 

Het onderscheidenlijk vermogen

tussen mensen onderling,

kan men wel bestuderen,

maar hun geest blijft een ondoorgrondelijk ding.

God maakt dat door Zijn Woord

en Geest aan ons hart bekend.

van wie wij er één zijn of nog niet zijn.

 

 

 

Het onderscheidenlijk vermogen

is noodzakelijk voor ieder mens,

wil hij niet zichzelf  bedriegen

om te voldoen zoals Zijn Schepper dat wenst,

immers geen mens heeft zichzelf geschapen,

al veronderstelt hij dat hij dit wel weet,

maar dat houdt in, dat hij Gods werk vergeet.

 

 

 

 

Het onderscheidenlijk vermogen

kan Gods wonderen doorgronden,

dat bij elk mens onmogelijk is,

daar heeft ieder mens zich in vergist.

Gods wonder laat Hij hen ervaren,

die dat niet meer hebben verwacht,

zoals dat bij Maria eerst werd ingebracht.

 

 

 

 

 

Het onderscheidenlijk vermogen

wordt door het geloof aanvaard,

dat door Gods genade is verkregen,

in een vernieuwd hart door Hem bewaard.

God heeft Zijn Zoon gegeven

aan mensen in hun dood door schuld,

Hij nam het verschil in Zijn dood en leven.

 

 

 

 

 

Een overeenkomst hebben wij

door Gods genade gekregen,

door Jezus bloed dat voor ons is gestort.

Daardoor ontvingen wij eeuwig leven

dat tot Gods eer niet meer verbroken wordt.

Het onderscheid heeft Hij in Christus opgeheven

een zondaar wordt weer een kind van God.

In Gods Liefde is geen tekort!

 

 

 

Soli Deo Gloria!

 

   

 

Je hoeft niet...

 

 

 

Je hoeft geen goddeloze te zijn

om daarvan te worden verlost.

Als Gods Geest het in je duidelijk maakt,

dan versta je pas voor het eerst,

wat je goddeloosheid Hem heeft gekost.

Dan zie je voor het eerst de noodzaak

 dat Gods Zoon je ervan verlost!

 

 

 

Je hoeft niet te kunnen lezen

om Gods Woord te verstaan.

Als Gods Geest je leert Hem te vrezen

 zal Hij Gods Woord in je hart hebben geschreven,

versta je, door het geloof in Hem waarom je

aan de eis van Zijn wet niet hebt voldaan,

Hij leidt je om tot Hem te gaan.

 

 

 

Je hoeft geen geleerde te wezen

om een kind van God te worden genoemd.

Als Gods Geest je het ene nodige laat weten,

 weet je waarom God je zo noemt,

dan zie je, in plaats van jouw kruis

het voor Zijn Zoon werd opgericht,

 de liefde voor jou van Vader's aangezicht.

 

 

 

 

 

Je hoeft geen blinde of melaatse te wezen

om jezelf door anderen te laten genezen.

Als Gods Geest je bekend maakt dat jij het bent

 zal je bedelende tot Jezus komen,

omdat Hij er voor zorgt dat jij je Redder kent.

Dan zal er geen kiezen of delen meer zijn

maar ga je tot Hem, want Hij maakt je rein.

 

 

 

Je moet wel een ongelovige wezen

om door Gods Geest tot geloof te komen.

Want Zonder Gods Woord en Geest wil je dat niet,

Hij zal je Gods recht in genade voorlezen,

omdat je door Gods liefde daar de noodzaak van ziet.

God is het die alle rechten op je heeft,

Hij die in Zijn Zoon je het ongeloof vergeeft!

 

 

 

Je moet niet, maar het kan wel!

 

 

"Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij bestaat en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken." Hebreeën, hoofdstuk 11, vers 6.

 

 

Soli Deo Gloria!

 

 

 

 

  

 

 



Een droom?
 

 

Heer', is dat een droom,

dat alle christenen samen

eens onder belijdenis

van hun persoonlijke schuld

nog een keer bij elkaar kwamen?

Dit om de onderlinge verdeeldheid

als oorzaak van  de kerkverlating

voor het oog van de gehele wereld,

al luisterende alleen naar Gods Woord,

hun schuld met schaamte te beamen?



Is dat een droom dat Gods Geest
 hun harten dan zal breken,
waardoor zij om vergeving
en genade op Gods recht
van veroordeling zullen smeken?



Is dat een droom
om door Zijn Woord en Geest,
hun kinderen te laten dopen
en het brood samen te breken,
Zijn genade genoeg is gebleken?



Is dat een droom,
dat in plaats van aanvaarding van hun verschil
zij zich allen zullen voegen onder Gods wil,
dat om de eenheid in het gebed van Christus,
de vervulling daarvan zal zijn gebleken?



Is dat een droom dat onder hen, 
Satan geen gelegenheid meer wordt gegeven
om als één Lichaam van Christus te leven
tot aan Zijn wederkomst,
verlangend naar Hem wordt uitgekeken!



Heer', is het antwoord dan niet aan U,
Die de schapen van de bokken zal scheiden,
 Uw verdrukte Volk zal verlossen uit hun lijden.
Als U Heer', de dagen niet verkort
 is het dan geen droom, maar werkelijkheid
dat er geen levend kind van God
 hier op aarde nog gevonden wordt?


Hoe dichtbij kan dat moment al niet wezen?



Soli Deo Gloria!

Hoe...

 

Hoe dichter bij de Heiland,

hoe groter wordt de nood,

om vergeving en verlossing,

die Hij de mens aanbood.

 

Hoe verder van Hem weg,

men niet horen wil wat Hij zegt,

Hoe minder men Hem mist,

hoe meer men zich vergist.

 

Hoe meer men tegenspreekt,

dat wat er wordt gepreekt,

des te minder wordt er geleerd,

hoe God de mens bekeert.

 

Hoe meer men God vreest,

in Zijn Woord leest,

wat Zijn Geest daar zegt,

wordt door Hem uitgelegd.

 

Hoe meer men God vraagt,

wat Hij van ons wil,

hoe meer de zonden knaagt

en word je voor Hem stil.


 

Hoe dichter bij de Waarheid,

des te groter wordt de leugen,

die Gods Geest doet verstaan

wat niet mag worden gedaan.

 

Hoe dichter bij de Heiland,

hoe groter wordt de nood,

om vergeving en verlossing,

die Hij de mens aanbood.

 

Soli Deo Gloria!

  



Het Godsbewijs!

 

Het bewijs dat God bestaat,

Die Liefde is,

dat wordt bewezen

door de ongelovige mens,

die Zijn Naam heeft beleden

door te blijven ontkennen

dat God bestaat,

als dat niet onder

zijn gestelde voorwaarden gaat.

Want anders is er geen

reden om daar

enig aandacht aan te besteden.

 

Het bewijs dat God bestaat,

Die Liefde is,

dat hoeft de gelovige mens

niet te bewijzen,

want dat wonder van genade

deed God in Christus,

in hem verschijnen,

door voor Hem te lijden.

Jezus die Zijn leven voor hem

aan het kruishout verloor,

waardoor de gelovige mens

zich in Zijn Liefde

aan hem verliest.
 

 

Het bewijs dat God bestaat,

Die enkel Liefde is,

heeft Zich in Zijn Zoon

aan het kruis bewezen,

waar Zijn Zoon, Gods recht
 als Mens heeft vervuld.

Hij verzoende daardoor

voor Zijn Vader 
de mensenschuld.

In Zijn oneindig grote liefde,

heeft Hij al Zijn beloften

 voor de goddeloze mens vervuld.
Daarmee alle waaroms
van de mens geduld.


 

De mens die op eigen kracht

het bestaan van God bewijst,

met zijn verstand

daar uitleg aan geeft, 

zijn voorwaarden stelt,

heeft dat bewijs

niet van God verkregen.

De mens zou tegenover

zijn tegenstanders anders

 hebben gezwegen.

Al heeft hij de gehele Bijbel

uit zijn hoofd geleerd en

God Geest dat niet in een

wonder van genade

aan hem heeft uitgelegd,

zal hij geen overtuigend bewijs

aan zijn tegenstander kunnen leveren.

 

God de Schepper van het geloof,

buigt zich voorover

in Jezus gebogen hoofd,

nadat Hij de woorden sprak,

hét is volbracht.

Zo, dat zelfs de hoofdman

het belijdend zegt,

Waarlijk deze is Gods Zoon.

Geen wetenschap of

wereldse macht is in staat,

om uit zichzelf te kunnen bewijzen 

dat God bestaat.

God die in Jezus Christus

ongelovige mensen dit laat zien.

Hij is hét die dit bewezen heeft,

dat elk mens alleen door Zijn Liefde

mag weten dat God bestaat.

Door het geloof in Zijn genade

die Waarheid uit Zijn hand aanvaard!

 

Soli Deo Gloria!



Zou dat Liefde zijn?

 

Zou dat het zijn

als in een supermarkt,

je kerk zelf uitkiezen,

die het beste bij je past,

het gezelligste is,

je niets hoeft te verliezen

geen belerende woorden
meer als drukkende last?
 

 

Zou dat het zijn

als op een markt,

zelf de dingen uit te kiezen

waarvan je denkt dat het helpt

om daarvan beter te worden

of het anders dan anderen te willen,

om de onvrede over anderen

daarmee te stillen?

  Zou dat het zijn

als in een restaurant,

waar je zelf uit kunt kiezen,

wat je het lekkerst vindt,

samen met de door

jouw uitgekozen man,

vrouw of vriend,

het leven zo in te vullen

en met nog veel meer dingen,

waar jij je genoegens aan verbindt?
 

 

 Zou dat liefde zijn,

alles van je af te werpen,

wat volgens jou niet past

of dat jij ervaart

op je levensweg als last,

al is dat je man, vrouw,

broeder, vader of moeder,
zuster of kind,

waar jij je genoegen

toch niet in vindt? 

 Als dat Liefde zou wezen,

zoals God naar ons kijkt,

die Zijn Zoon,

door ons tekort aan liefde,

heeft overgegeven

aan het kruis en in het dodenrijk.

 Dan begrijp ik het niet,

waarom jij zelf nog uitmaakt,

waar jij liefde in ziet,

in dat wat jou alleen raakt?

Zou je met je kiezen,

Gods liefde niet

eens kunnen verliezen?

 

lees dan eens!

 

 

1 Korinthe 13

1	Al ware het, dat ik de talen1) der mensen en der2) engelen sprak, en de liefde niet had, zo ware ik een klinkend4) metaal, of luidende schel geworden.
2	En al ware het dat ik de gave der profetie had6), en wist al de verborgenheden7) en al de wetenschap; en al ware het, dat ik al het geloof had, zodat ik8) bergen verzette, en de liefde9) niet had, zo ware ik niets.10)
3	En al ware het, dat ik al mijn goederen tot onderhoud11) der armen uitdeelde, en al ware het, dat ik mijn lichaam overgaf, opdat ik verbrand zou worden,12) en had de liefde niet,13) zo zou het mij geen nuttigheid geven.
4	De liefde is15) lankmoedig, zij is16) goedertieren;17) de liefde is niet afgunstig; de liefde handelt niet lichtvaardigl18)ijk, zij is niet opgeblazen;19)
5	Zij handelt niet ongeschikte lijk, zij zoekt zich zelve niet,21) zij wordt niet verbitterd, zij22) denkt geen kwaad;23)
6	Zij verblijdt zich niet in de ongerechtigheid, maar24) zij verblijdt zich in de waarheid;25)
7	Zij bedekt alle dingen,26) zij gelooft alle dingen,27) zij hoopt alle dingen,28) zij verdraagt alle dingen.29)
8	De liefde vergaat30) nimmermeer; maar31) hetzij profetieën, zij zullen te niet gedaan worden; hetzij talen, zij34) zullen ophouden;35) hetzij kennis, zij zal36) te niet gedaan worden.
9	Want wij kennen37) ten dele, en38) wij profeteren ten dele;
10	Doch wanneer het volmaakte39) zal gekomen zijn,40) dan zal hetgeen ten dele is,41) te niet gedaan worden.
11	Toen ik een kind was,42) sprak ik als een kind, was ik gezind als een kind,43) overlegde ik als een kind;44) maar wanneer ik een man geworden ben, zo heb ik te niet gedaan hetgeen eens kinds was.45)
12	Want wij zien nu52) door een46) spiegel47) in een duistere rede,48) maar alsdan zullen wij zien50) aangezicht tot aangezicht;51) nu ken ik ten dele, maar53) alsdan zal ik kennen, gelijk ook ik gekend ben.55)
13	En nu blijft geloof, hoop57) en liefde, deze drie; doch de meeste van deze is de liefde.58)

 

 

de verwijzingen wijzen naar de kanttekeningen van de Statenverklaring.

 

 

Soli Deo Gloria!

 

 

 

 

 

 

 

 

Overgave!

 

  

 

In de overgave te leven

van het Goddelijk gebod,

wordt er ons meer aangegeven

dan al het wereldse genot.

 

 

 

In die overgave te leven

van wat Hij ons gebiedt,

wordt Zijn liefde aangegeven,

ook als jij dat anders ziet.

 

 

 

In die overgave te leven

van de liefde van de Heer',

word je steeds meer liefde gegeven,

elke dag opnieuw weer.

 

 

 

In die overgave te leven

van je zorgen aan de Heer',

die je aan hem hebt overgegeven,

ontdek je het zijn er steeds meer.

 

 

 

In die overgave te leven

aan Hem die je Schepper is,

wil je de Satan je oor niet meer geven,

omdat je dan het leven met God mist.

 

 

 

In die overgave te leven

aan Hem die je niet hebt vertrouwd,

dan zal Hij je alles vergeven,

als je niets meer voor hem achterhoudt.

 

 

 

In Zijn handen veilig geborgen,

ligt de mens die op Hem vertrouwt,

geduldig wachtend op de morgen,

waarop hij Gods aangezicht aanschouwt!

 

 

 

 

Soli Deo Gloria!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Medearbeiders gevraagd!

 

 

 

 

Heer', ik ben niet alleen voor mijzelf

maar samen met de ander,

ten diensten van Uw werk

op aarde door U aangesteld

om Uw wil met ons te doen ontdekken.

Wilt U daarvoor geven wat nodig is

om ons uit onze doodsstaat te wekken.

 

 

 

 

 

Heer' als levende stenen

die U wel wilt gebruiken

om onze krachten van U verkregen

voor het bouwen van Uw Huis

door niets of niemand te laten stuiten.

Geef dat wij door Uw Woord aan elkaar hechten

in plaats van elkaar af te breken of te gaan vechten.

 

 

 

 

Heer' laat mij geen steen zijn geworden 

die door U weggeworpen wordt,

te licht of niet goed wordt bevonden.

Maak mij tot Uw dienst bereid

om een deel van Uw Huis te kunnen zijn.

Daar waar U mijn Koning blijkt

al de eer en lof te ontvangen.

 

 

 

 

Heer', onthoud mij de vreugde niet

over het werk van U verkregen.

Laat dat iedereen om mij heen ziet,

dat U deze dienst aan mij heeft gegeven.

Leer mij geduldig te zijn in die last te dragen,

dat Uw werk op aard met zich mee zal dragen.

Uw doel daarbij voor oog blijf houden. 

 

 

 

Soli Deo Gloria!

 

Blijven aanroepen!

Luc: 18:38

 

Leer mij Heer', U aan te roepen,

zoals die blinde bedelaar deed,

Jezus, Zoon van David,

ontferm U ook over mij,

zodat ik U nooit meer vergeet.

Leer mij Heer' aan te blijven houden,

en geen mens mijn bedelen stopt.

Want U Heer'  kunt mij helpen

om alleen op U te vertrouwen,

waardoor mijn hart voor U klopt.

Laat geen hindernissen in mij over,

leer mij om in U te geloven

ook al sprak mijn hart U tegen

Heer' onthoud mij niet Uw zegen,

laat Uw Geest in mij niet doven.

Heer' mijn mond geeft stof tot juichen

door eerbiedig voor U neer te buigen.

U die mijn ellende kent

is het die mijn verlossing brengt,

daar zal ik U eeuwig voor dank betuigen!

Heer' die voor mij op de aarde kwam,

al mijn zonden op U nam,

aan het kruis deze wegdroeg,

deed wat Uw Vader aan U vroeg,

Ja Heer', verbind mij aan Zijn stam!

 

Soli Deo Gloria!