De enige weg...

De enige weg om tot God te kunnen komen,

wordt door Zijn Geest en Woord genomen.

Wie elders anders hulp verwacht,

zal blijven dolen in een duist're nacht.

De enige weg tot God aangelegd,

daarop moet alles worden afgelegd

waarvan men hulp of steun verwacht,

het zal niet lukken zonder Christus kracht.

De enige weg ons aangewezen,

leert de Heil'ge Geest ons te lezen.

Geen menselijk oog kan die weg vinden,

dan die zich door Hem op Christus laat binden.

De enige weg die Christus ons leert,

daar is onze eigen weg in omgekeert.

Geen mens komt zonder Christus kruis

te volgen in het Hemels Vaderhuis.

De enige weg is moeilijk en smal,

een weg die een mens nooit kiezen zal.

Roep, geloof en klamp je aan Jezus vast,

Zijn last is licht en Zijn juk is zacht. (Math. 11:25-30)

De enige weg heeft aan het eind een Poort

die aan het recht van Jezus toebehoort,

wie niet door Zijn Geest naar binnengaat,

is nooit te vroeg maar altijd te laat.

De enige weg die ten leven leidt,

is de weg waarop je van zonden wordt bevrijd.

Arm, naakt en ellendig aangekomen,

kan je alleen door Christus hulp

 eeuwig bij God de Vader wonen!

Christus zegt: Ik ben de weg, de Waarheid en hét Leven.


Johannus 14:6

Soli Deo Gloria!

   

De enige Hulp in aanvechtingen

Jezus Christus is de enige Hulp in aanvechtingen. Dáárheen wordt het daarom gezegd te zien als men hulp zoekt! De Vader is te hoog, maar Hij zegt: ‘Ik zal u een Weg geven om tot Mij te komen, namelijk Christus. Loop, geloof, hang Christus aan, dan zal het wel ondervonden worden, Wie Ik ben’ – op Zijn tijd. Als we dat niet doen, dan is God voor ons onbevattelijk, onbedenkelijk, onbegrijpelijk. God wil buiten Christus onverstaanbaar zijn.
WATR 2, 112, 10-16
God heeft voor ons een Grond gelegd, waarop we moeten staan: Jezus Christus, en Hem tot Ladder gemaakt, waarop we ten hemel stijgen.
WATR 2, 561, 26-28
In aanvechtingen – al strijdend met de duivel – ervaren we geen enkele vertroosting. Ook God vertroost ons niet, tenzij we zien op Christus. Wanneer je buiten Christus om disputeert over de goedheid en de macht van God, dan is dat vreselijk, want daar is de duivel. God wil immers buiten Christus niet gekend of verstaan worden.


Maarten Luther