vrijdag 31 mei 2013



Een gezicht

 
Een verwoestend aangezicht
zet Gods kerk in het licht,
wat door hels pijnen
onderdrukt lijkt te verdwijnen.


Een aangrijpend gezicht,
staat een zondaar in Gods licht,
verslagen door Gods wet,
smekend’ om Zijn genade recht.


Een verwoestend aangezicht
zet de gelovige in het licht,
waar de wereld hen door haat,
hoopt dat deze snel vergaat.


Een verbijsterend gezicht,
zet Gods Zoon in het licht,
aan het kruis gehangen,
door zondaars met spot omvangen.


Een vernederend gezicht,
waar duizenden mensen wonen,
daar waar Gods Geest Zijn werk verricht,
maar enkele daarvan willen komen.


Een bespottelijk gezicht,
wordt er naar hen uitgestoken,
die door Gods liefelijk gericht
met de werken van Satan hebben gebroken.


Een onderwijzend aangezicht,
afhankelijk van de armen gift,
die zij daar hebben geschonken,
heeft eens uit Gods mond geklonken.


Een verleidelijk aangezicht,
waar schone schilderijen pronken.
wordt in die gebouwen aangericht,
waar veel geld voor wordt geschonken.
 
Een verblijdend aangezicht,
zet de zondaar in het licht,
waar Gods Recht en Waarheid is,
daar zijn schuld wordt uitgewist.


Psalm 97:7 (berijmd)
Gods vriendelijk aangezicht,
geeft vrolijkheid en licht
voor al de oprechte harten,
Ten troost verspreid in smarten 
Juicht, vromen, om uw lot;
Verblijdt u steeds in God;
roemt roemt Zijn heiligheid;
zo wordt Zijn lof verbreid,
Voor al dit heilgenot.
 
Soli Deo Gloria!

De aangevochten kerk
‘Zij hebben mij dikwijls benauwd van mijn jeugd af, zo zegge Israel nu – zij hebben mij dikwijls benauwd van mijn jeugd af aan, maar zij hebben mij niet overmocht’ (Psalm 129:1-2, weergave 1540).
Men mag de kerk niet in schijnbare heiligheid en bedrieglijke volmaaktheid willen zoeken en vinden. We mogen niet zien op wat de wereld bewondert. We moeten op de neerliggende, aangevochten, door ongeluk overstelpte kerk letten. Want dit is haar eigenlijke versiering en eigenschap, namelijk dat ze zwak, bedreigd en met alle aanslagen en woeden van duivel, wereld, vlees, zonde en dood omgeven is. Wie dat niet wil zien, maar daarvoor vlucht, die zal de kerk nooit vinden!
Haar aanzien is niet wat kunstenaars schilderen. Zij beelden haar immers af als een bevallige maagd, of anders, als een sterke en prachtige stad, zoals je op de schilderijen kunt zien. Dit beeld is inderdaad juist – maar niet zoals het bezien wordt door lichamelijke ogen. Alleen geestelijke ogen zien haar schone gestalte en haar alles te boven gaande heerlijkheid. Dit heeft geen andere reden dan dat Christus haar Bruidegom is. Hij heeft haar, door de Heilige Geest, voor Zích als bruid toebereid, en haar met Zijn bloed en verdienste, én Zijn gerechtigheid versierd (vgl. Openbaringen 21:2).
Daarvan kan echter het vlees niets waarnemen of onderscheiden. Het vlees ziet integendeel hoe de kerk aan de bitterste vijandschap en wangunst, en de hoogste kwellingen en pijnigingen onderworpen is – want dat is haar livrei. Als iemand haar zou willen schilderen zoals zij in deze wereld te zien is, dan zou hij een wanstaltig en arm meisje moeten schilderen, in een onherbergzame wildernis, te midden van hongerige leeuwen, beren, wolven, varkens, ja, giftige slangen. Dat wil zeggen: te midden van woedende mensen, die zwaard, vuur en water aangrijpen en inzetten om haar om te brengen en uit te roeien.


Maarten Luther





Vrijgemaakt
Jac. 1:2-18


Vrijgemaakt door het geloof
is mijn ziel van zonden,
die met Christus is gekruisigd
nu van het ongeloof ontbonden.


Vrijgemaakt door het geloof,
is mijn ziel met Christus ontbonden,
van de Satan, dood, hel en graf,
vast aan God verbonden.


Vrijgemaakt door het geloof
is mijn schuld vergeven,
Gods wraak is gedoofd,
Hij heeft Zelf daarvoor geleden.


Vrijgemaakt door het geloof
is nu mijn vlees mijn vijand,
wat van krachten is beroofd,
verwacht ik nu alles van mijn Heiland.


Vrijgemaakt door het geloof,
heb ik toegang tot God verkregen
Wat mijn Heiland heeft beloofd,
heeft Hij door Zijn Geest gegeven.


Vrijgemaakt door het geloof,
kreeg ik recht op Gods genade,
door Zijn Recht en Waarheid beloofd
is God nu ook mijn Vader.


Vastgemaakt door het geloof
zijn eens mijn ziel en lichaam samen,
waarvan God bestuurt het hart en hoofd,
loof ik Hem eeuwig, Amen!




Want wie tot God komt, moet geloven, dat Hij is en een beloner is voor wie Hem ernstig zoeken

Geloof (Hebreeën 10 : 37 - 11 : 6)

Soli Deo Gloria!   

donderdag 30 mei 2013


Wie maakt de dienst uit?
 
 
Ieder mens beleeft zijn leven,
zoals hij dit zelf aanziet.
Zal daar zijn invulling aan geven,
ook al brengt dit blijdschap of verdriet.
 
 
Ieder mens beleeft zijn leven.
Zoals de omstandigheden zijn,
zal hij zijn mening daaraan geven,
ook al doet dat anderen veel pijn.
 
 
Ieder mens beleeft zijn leven,
wel of niet door anderen aanvaardt.
Zal hij dan wel of niet een antwoord geven,
of wordt dat in hem zelf bewaard?
 
 
Ieder mens beleeft zijn leven,
anders als dat een ander dit ervaart,
dat kan oorlog of vrede opleveren,
als God de mens wel of niet bewaard.
 
 
Ieder mens beleeft zijn leven,
met rust of met geweld gepaard,
zal hij daar uitvoering aan geven,
bidt wel of niet of God hen bewaard.
 
 
Ieder mens beleeft zijn leven,
laat van anderen dat worden gevoed,
door aan hen wel of niet toe te geven,
dat het wel of niet anders met hem moet.
 
 
God wil aan het mensen leven
inhoud geven, zo Hij het heeft bedoeld.
Dan moet de mens zich aan Hem overgeven,
zo Hij dat Zelf naar Zijn Wet en Waarheid doet.
 
 
Soli Deo Gloria!

woensdag 29 mei 2013



Geloven is genade van boven!


Geloven is geen algemene kreet,
waarmee je de waarheid of de leugen afmeet.
Geloven laat ons zeker weten
waarmee je door Gods Geest wordt nagemeten,
of je wel een echt oprecht 
kind van God ja een Christen mag heten.
Het komt niet op uit het verstand,
het is een genadegave uit Gods hand,
Die op Recht en Waarheid staat,
 zonder geloof daarin, je verloren gaat.
 



Geloven wordt daarom beproeft,
met een verslagen hart en zeer bedroeft,
vlucht het tot God waarin wordt geloofd,
dat hij Hem van Zijn eer heeft beroofd.
Gods wet doet hem Zijn liefde verstaan,
dat hij daarom naar recht verloren moest gaan.
Geen mens kan daar zelf ooit aan voldoen,
die schuld heeft Gods Zoon voor de zondaar verzoend.
Wie door Gods recht dat in Waarheid geloofd,
buigt in het stof, ziende zijn zeer grote nood
en aanschouwd hoe Gods wraak is gedoofd.
 



Geloven dat komt er niet bij,
maar het neemt alles weg wat er is in mij.
Het reingt mijn ziel van het zondige ik,
wat voor God en geen mens wilde wijken,
naar mijn eigen werk in het geloof bleef kijken.
Het geloof zal ik uit mijzelf  niet aanvaarden,
maar ontvangt dat door Gods grote Genade
Jezus dood wordt mij als mijn schuld onthuld.
 die schuld is in Jezus Christus vervuld.
t' geloven in God komt door de liefde van de Vader.



Rechtvaardig en genadig is onze God,
die verwerpen zal allen die Hem bespot,
tegen alles is wat Hij in Christus wil geven.
Die de eeuwige dood van ons nam
en inplaats daarvan gaf het eeuwige leven.
Hoe rechtvaardig Hij is laat Zijn Geest ons zien,
dat wie het van Hem niet verwacht,
 eeuwig de dood zal blijven zien.
Hij die al onze schuld op Zich nam,
is onze God die in Zijn Liefde tot ons kwam.
 


Soli Deo Gloria!


 
 
 
 

dinsdag 28 mei 2013

Geloven uit genade
 
De grond van een waar geloof
vindt zijn oorzaak in een grote nood,
waarin de zondaar duidelijk ziet,
zonder die nood geloof ik niet.
 
De grond waar het geloof aan hecht
is het ongeloof waartegen het vecht.
Daarbij zal de zondaar leren zien,
dat zonder geloof hij de dood verdient.

 
De grond waarop het geloof bestaat,
is het recht waar alleen God over gaat,
Geen mens zal zomaar kunnen geloven
zonder in dat rechtvaardig oordeel van God te komen.

 
De grond waarop het geloof bestaat,
is de Waarheid waar alleen God over gaat.
De zondaar die door  Gods Geest wordt ontdekt,
is de mens waaraan God Zijn Waarheid verstrekt.

 
De moordenaar aan het kruis naast Gods Zoon,
ondekte in zijn grote nood de Koning op Zijn troon,
waarop Gods recht en waarheid geschiedt,
waarnaar hij gelovend' met Jezus de zonden verliet.

 
De Satan geeft niets om een mens die geloofd,
wat is opgekomen uit het menselijk hoofd.
Zijn wraak waarop hij zich het meeste richt,
is het geloof wat door Gods Geest in de nood is gesticht.
Heer', ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp!?
 
Soli Deo Gloria!

‘En er was een zeker koninklijke (hoveling), wiens zoon krank lag te Kapernaüm’ (Johannes 4:47, weergave 1530).
In deze perikoop hebt u een voorbeeld van het geloof, van de liefde tot de naaste en de vruchten van het geloof, alsook van het loon. Ik wil nu deze preek voor u houden, wat ik echter niet tot ieders genoegen kan doen. Het geloof is iets waarover men niet tot iedereen kan spreken en wat iedereen niet kan bevatten. Er moet eerst nog een benauwdheid komen die de mens murw en tot niets maakt. Net als hier deze ambtelijke persoon meemaakt, die zijn geloof moet oefenen en versterken terwijl zijn lieve zoon in doodsgevaar is. Zou hij echter in deze noodsituatie niet gekomen zijn, dan zou hij Christus of de prediking van het geloof geen blik waardig gekeurd hebben, zoals zoveel anderen ook gedaan hebben – alleen omdat ze niet in nood waren! Als de nood niet gevoeld wordt dan is het geloof onnut. Zou er dan tóch nog geloof zijn, dan voert het niets uit wat de naam van geloof waard is.
Daarom, omdat de hele wereld rust en gemak zoekt, bekommeren maar weinigen zich om de zuivere prediking en het geloof. Die zó leven dat ze helemaal geen nood voelen, zijn dezelfden die ook geen nut van de prediking hebben. Ze horen het wel, maar tot hun schade, en op de lange duur worden ze het ook zat. Als ze echter tóch deze leer willen begrijpen en verstaan, dan leren ze het zó dat ze lege praters worden, die over alles wat men preekt en hoe men leeft, hun eigen mening en oordeel hebben. Dat komt omdat ze geen nood hebben of voelen! Daarom gebruiken ze de kennis van de Heilige Schrift voor niets anders dan om Meester Betweter te spelen.


Maarten Luther


Onoverwinnelijk is de Heere
melodie: Psalm 84


1. Geen ding staat ons meer in de weg
zo wij dat doen wat God ons zegt,
Zijn Geest zal ons Gods weg doen lopen,
al gaat deez' over bergen heen,
Gods Geest laat ons daar niet alleen,
of moeten wij door diepe dalen,
geen angst of macht is God te groot,
Hij zorgt voor zijne gunstgenoot.

2. Maar die Gods wet en wil veracht,
zal krijgen wat hij niet verwacht.
Zijn zondenschuld zal bij hem blijven,
Dat drijft hem ook in grote nood,
die zonder God, loopt in de dood.
Geen hulp of redding wordt gegeven,
want die Gods Waarheid tegenstaat,
vergaat geheel eens vroeg of laat.

3. Geen ding staat hem niet in de weg
die God gehoorzaamt wat Hij zegt.
Al moet hij tegenspoed ontberen.
Hij weet dat zijn ziel veilig is,
dat Zijn God zich in niets vergist.
Al zal zijn lichaam eens bezwijken,
richt daarom tot Zijn God het oog,
waarin hij toch alleen gelooft.

4. Als hem het pad te zwaar zal zijn,
door zorg en lijden met veel pijn.
Hij weet dat dit niet lang zal duren,
God telt de haren van het hoofd,
beproeft de mens die Hem gelooft.
Telt al zijn dagen en de uren,
Begeeft zich op het smalle pad,
dat God hem aanbevolen had.

5. Bidt tot zijn Heer', om hulp en kracht,
die hij alleen van Hem verwacht,
Hij die de dood heeft overwonnen.
Het is hem daarom zelfs een eer,
dat hij moet lijden als zijn Heer',
Weet dat Hij hem nooit zal verlaten,
smeekt om genade voor Gods recht,
geduldig wachtend wat Hij zegt.

6. O mens knielt aan Zijn kruishout neer,
Die u de ware wijsheid leert,
Geen dood hoeft dan uw ziel te vrezen,
Hij die de schulden van ons droeg,
is Hij die Satans kop versloeg.
Laat los de zelf gekozen wegen.
Doet naar Gods Geest wat Hij u raad,
voordat u eens verloren gaat.

7. Geen ding staat ons dan in de weg,
zo wij het doen wat God ons zegt,
daar moeten wij dan los gaan laten,
dat wat aan ons nu eigen is,
in geld en goed of zondelist.
Kom laat ons tot de Schepper keren,
Hij die alleen de rechten heeft,
is onze God die eeuwig leeft.


Soli Deo Gloria! 
 
 
God is in allen die Hem vrezen!
lezen: Jacobus 1:12-15

Als God mij hier alles is,
kan niets anders mij meer bekoren,
daar ik anders Zijn doel met mij mis
en ben ik al reeds verloren.

Als God mij hier alles is,
zal geen verzoeking mij hier krijgen
daar waar ik dan mijn God door mis,
zal Zijn Geest in mij dan zwijgen.

Als God mij hier alles is,
zal Hij mij hier bewaren
van alles wat hier Zijn doel mist,
dat zal Hij eeuwig dood verklaren.

Als God mij hier alles is,
zal vijandschap mij niet deren.
De vijand die zijn doel dan met mij mist,
kan Gods wil in mij niet meer keren.

Als God mij hier alles is,
kan er niets of anders hier meer wezen,
waardoor ik hier mijn God dan mis,
ik zou voor verzoekingen niet vrezen.

Als God mij hier alles is,
dan zou er geen schuld meer in mij zijn,
er zou geen enkel ding meer wezen,
waar ik mij in mijn God vergis.

Als als er hier dan toch niet is,
ben ik het die mijn God en Vader mis,
Zijn Zoon red mij hier uit die nood,
In Hem maak ik Mijn God nu groot!


Soli Deo Gloria!
     

maandag 27 mei 2013


God is Liefde 


Liefde laat geen plaats,
voor angst, twijfel of haat.
Liefde heelt en geneest,
waarvoor de mens vreest.


Liefde wijkt niet af,
richt Zich recht op het doel,
Neemt op Zich de straf,
die een ander niet voelt.


Liefde maakt vast,
wat los is geraakt.
Neemt op Zich de last
waardoor het is los gemaakt.


Liefde heeft geduld,
geeft geen ander de schuld,
maar wijst hen de weg,
hoe de schuld is vervuld.


Liefde verdraagt geen verwijt,
weet dat dit God en mens scheidt.
Liefde dat niets vindt
is dat wat God en mensen verbind.


Liefde ziet helder en scherp
hoe men de schuld van zich werpt.
Maar weet ook hoe dat kwam,
door wat de mens tot zich nam.


Liefde verstopt zich ook niet,
maakt duidelijk wat de mens zelf niet ziet.
Liefde die alles vergeeft
is de zelfde  Drieenige Naam
 die alleen God heeft!


     Soli Deo Gloria!    

 
Met ontferming bewogen...

Lucas 7: 11-17
Met ontferming bewogen
keek Jezus haar aan.
Die zeer diep gebogen
haar zoon aan de dood
en het graf moest afstaan.

Jezus raakte de baar aan,
waardoor de stoet stil ging staan.
Werd zelf onrein onder de wet,
verenigde zichzelf zo
met een doode, als daarin is gezet.

Hij wekte de jongeling op,
die daarna weer sprak.
Versloeg Satans vijandige kop,
waardoor Hij de dood verbrak.
gaf hem terug aan zijn moeder.

Hij die de dood op zich nam,
nam de dood voor hem weg.
waardoor het aardse leven
 weer tot hem kwam.
zoals Gods Woord ons dat zegt.

Hij zag de weduwe met ontferming aan,
in haar ellende tegenover Hem staan.
Nam zonder dat zij hem dat vroeg,
de dood weg, die Hem zelf eens versloeg,
Hij die zelf van zonden onschuldig,
het oordeel van Zijn Vader verdroeg.


Huil maar niet,
geloof alleen.
Jezus die alles kent en ziet,
wend je oog naar Hem daarboven,
blijft op Zijn wederkomst geloven.

Jezus met ontferming bewogen,
Gods Geest stelt Hem ons voor ogen.
Hij die de Satan aan het kruis versloeg,
zonden, dood, hel en het graf.
Hen die geloven in zijn armen droeg,
zo weder aan Zijn Vader gaf.

Soli Deo Gloria!


zondag 26 mei 2013

 
 
 
Bidden is...
lezen Matt. 6: 1-15
 
 
 
Bidden is een opdracht,
die Jezus ons geeft,
dat Hij van zondaars verwacht,
waar Hij alles voor over heeft.
 
 
 
Bidden is een werk
waar beloning op volgt,
voor zondaars in Gods kerk,
waar God in Christus voor zorgt.
 
 
 
Bidden is een eis
die Jezus ons stelt,
door Zijn Woord daarop wijst,
wat Zijn Geest ons spelt.
 
 
Bidden is genade
om recht in ons bestaan,
wat in het onze Vader
Jezus heeft voorgedaan.
 
 
 
Bidden is een vrucht
van waarin men gelooft.
Het is als een diepe zucht,
met een gebogen hoofd.
 
 
 
Bidden is wat Jezus deed,
bij Zijn kruis aan Zijn Vader
vroeg of Hij ons vergeeft
en schenkt Zijn genade.
 
 
 
Bidden is vragen
en aanvaarden tegelijk,
om wat voor reden wij ook klagen,
alles gelovig zullen aanvaarden
tot eer van Gods Koninkrijk!
 
 
Soli Deo Gloria!
 
 
Het bedenken van het vlees
is de dood,
Maar het bedenken van de Geest
is leven en vrede
Rom. 8:6  

Gelijk een mens het zelf bedenkt,
zo meent hij dat het zo is.
Maar als God die mens
zijn wet en waarheid schenkt,
zal het blijken dat hij zich vergist.

Gelijk een mens het zelf bedenkt,
bedacht een ander het zo niet.
Maar als Gods Geest het in ons schenkt,
dan blijkt dat de mens het zelf niet ziet
dat God anders dan de mensen denkt.

Gelijk een mens het zelf bedenkt,
wordt dat vaak door de ander weerlegd,
Maar als God zijn licht in ons brengt,
dan zal het nooit anders zijn
zoals Zijn Geest ons dat uitlegt.

Zoals een mens het beter weet,
God niet gelooft maar Hem vergeet,
Zo zal God het eenmaal doen blijken,
dat geen mens zonder Hem kennis heeft
hoe dwaas hij is door op God te willen lijken.

Als God alleen maar weet,
waarin de mens zich zal vergissen,
Dan is Hij het die de mens niet vergeet,
maar Zijn Geest in Hem laat beslissen.
Waarom Zijn Zoon aan het kruishout leed.

Zij zijn allen eendrachtig bij één,
waar zij door Woord en Geest gedragen,
alles aan God zullen vragen,
geduldig dan wachten op wat Hij zegt,
wat zij verstaan zullen omdat
Zijn Geest hen dat uitlegt.



Het bedenken van de Geest,
is leven en vrede.
Dat wordt alleen in Gods
verkiezende liefde
aan zondaars gegeven!

Soli Deo Gloria!


zaterdag 25 mei 2013

 
 
 
Door God alleen!
 
 
 
Door dat te doen
wat Gods wet vereist,
zal er niets zijn gedaan,
wat God afwijst.
 
 
 
 
Door dat niet te doen,
wat God aan mij vraagt,
zal het snel duidelijk blijken,
hoe schuldig ik mij gedraag.
 
 
 
Door zelf niets te doen,
maar het aan Hem vraag.
Zal Hij mij doen blijken,
hoe Hij mijn schuld wegdraagt.
 
 
 
Door dat los te laten
wat te zwaar voor mij is,
Zal dat 'Gewicht' laten blijken,
hoe ik mij heb vergis.
 
 
 
Heeft God mij gegeven,
wat te zwaar voor mij is?
God laat daarmee blijken,
hoe ik zonder Hem alles mis.
 
 
 
God geeft en Hij neemt,
wat ik van Hem niet kan missen,
God is voor mij eerst vreemd,
maar daar zal ik mij in vergissen.
 
 
 
God doet het alleen,
zoals Zijn Zoon dat deed.
Zijn Geest wendt mij daarheen,
laat mij zien en in Hem geloven,
hoe Hij in Jezus Zijn Zoon,
mij alles vergeeft!
 
 
 
Soli Deo Gloria!
 
 
 
 
 
 
 

 
Levensvoorraad!
 
 
 
Onze voorraad om te leven,
is veilig geborgen
met Gods zorg omgeven,
voor het leven
van de eeuwige morgen.
 
 
 
 
Onze voorraad om te leven,
is aan Christus gegeven,
die voor ons bidt,
bij Zijn Vader thuis,
want in Hem is de veiligste kluis.
 
 
 
Onze voorraad van leven,
raakt daar nooit meer op.
Zoals Hij het brood
en de vis hier deelde,
maar daar nooit meer mee stopt.
 
 
 
Onze voorraad van leven,
wordt de christen daar gegeven,
als het hier niet meer nodig is.
Dat zullen ziel en lichaam beleven,
waar niets meer zal worden gemist.
 
 
Onze voorraad van leven
wil God aan onze zielen nu al geven,
in het Brood en de Wijn,
aan hen die getuigen van Jezus
 verbroken lichaam en vergoten bloed zijn.
 
 
 
 
Soli Deo Gloria! 
 
De kelder is in de hemel
Op deze manier moet u de Psalm verstaan, namelijk dat David aarde en hemel met elkaar verbindt, als hij zegt: ‘De Naam van onze Heere is heerlijk in alle landen en men dankt Hem in de hemel (1).’ Christus’ Koninkrijk is op aarde in alle landen en toch tegelijk in de hemel, aangezien het geen aards, zichtbaar en vergankelijk Koninkrijk is. Het is daarentegen een eeuwig Koninkrijk. Dat is de reden waarom het in het evangelie Hemelrijk genoemd wordt. Wie in dit Koninkrijk opgenomen wordt, is in de hemel met geest, hart en leven, hoewel hij toch lichamelijk op aarde is. De ziel heeft haar hemels voedsel [het sacrament], want zij wordt hier door zichtbaar brood, dat uit de aarde voortkomt, gevoed, net als het lichaam, maar ook moet zij nog een ander Voedsel hebben, namelijk Christus, het Brood des Levens, Dat uit de hemel neerdaalt (vgl. Johannes 6:50). Waar is de keuken en kelder, waarin men het eten en drinken voor zielen vindt? De kelder is in de hemel. Dat is: in de christenheid op aarde, waar de HEERE, onze Heere, Zijn Koninkrijk heeft. De christenheid woont echter in de hemel, want daar voeden we onze zielen en hebben deel aan de hemelse goederen.
 
Maarten Luther
 
 

vrijdag 24 mei 2013

 Bemoediging
 lees Jesaja 40
 
Troost, troost dat is het woord
wat door de mond van de Profeet
uit Gods Woord wordt gehoord.
Hij is de Heer', die Zijn Volk niet vergeet,
maar van ontferming en genade weet,
Een stem die niemand eens meer stoort!
 
Die stem die roept ook nu ons op
Bereidt de weg van ons Heere
maak recht het kromme en verkeerde
in onze grote wildernis.
Maak vlak wat nog oneffen is,
Hij komt met Zijn vergiffenis.
 
Een stem die zegt: Roept,
maar antwoord zelf:
 wat zal ik roepen?
Alle vlees is als gras
en al zijn goedheid als een bloem
beiden vallen verdort eens af.
 
Maar Gods Woord bestaat
in alle eeuwigheid.
Dat Woord wat nooit vergaat,
waar heel Zijn Volk zich in verblijd,
zolang het niet hun God verlaat.
Zijn Geest maak ons daartoe bereidt.
Verwonderd over Uw almacht Heer',
knielen wij voor Uw grootheid neer.
Geen macht van mensen is gelijk,
voor hen die naar Uw wond'ren kijkt.
wij zijn als een druppel aan een watervat,
als stof dat geen enkel gewicht bevat.
 
O God laat ons niets vergelijken,
met U die in ons binneste kan kijken.
Leer ons alles los te laten,
waardoor wij U en elkander haten.
Maak van Uw Schepsel een nieuwe mens
die geheel voldoen kan aan Uw wens.
Neem Heer' de twijfel en de haat,
waardoor de mens U wet verlaat.
Geef door Uw Geest van boven,
dat Wij in Uw Waarheid geloven.
Vernieuw ons van al 't menselijk gebrek,
tot een onvermoeibare mens,
die tot eer van U,
uit de dood is opgewekt!
 
Soli Deo Gloria!