De boom

 

Dé Boom
in goede tijden, slechte tijden?

 

 Lezen. Psalm 1
Lucas 6 :44 en 8: 7-14

 

 

In dagen van overvloed,

gezondheid en voorspoed

zal dat de mens steeds minder

naar zijn God doen vragen.

Maar in dagen van tegenspoed

geeft God al Zijn hulp

zelfs voor dat de mens er Hem

om komt vragen.
 

 

 

Aan de boom herkent men

Zijn vruchten,

die in de storm en regen zuchten,

met vorst en hagel worden bedreigd,

waardoor dan veel valt en wordt vertrapt

of dat men aan de beesten zal geven,

Maar wat volgroeid is wordt geoogst,

daar blijft de mens van in leven.



Men leest van een
doorn geen vijgen
en plukt geen druif
 van een braam.
Zo kan men geen
 vruchten verkrijgen,
die niet zijn gedragen
door de boom met
de daarbij behorende naam.



De wortelen hechten
zich aan de vaste grond,
waarin men het recht
van Gods recht verstond.
De Stam brengt
in Christus het  voedsel voort,
waarna de takken
door Gods Geest worden verhoord
om vruchten voor
God te gaan dragen
en vogels hun nesten
met hun jongskens daarin bewaren.



Als aan het groene hout,
geen vruchten zijn gevonden,
dat is dan
het aller grootste wonder
dat Jezus aan het dorre hout
werd gebonden.
Daar wordt de enige vrucht
van Gods Liefde gezien,
waaraan Hij voor zondaars,
vergeving van zonden
heeft verdiend.

 

 

 

Het beeld van de boom

laat zijn drie delen zien,

hoe sterk en schoon,

zijn de wortelen, de stam

en de takken met bladeren,

een  Drie-eenheid waardoor

God Zijn vruchten

bij één zal vergaren!
 

 

 

Soli Deo Gloria!