Van bidden word je
beter!
Jac. 5: 13-18
Uw Woord Heer' spoort ons aan tot
gebed,
vraagt om Uw krachtige hand dat die ons
redt
uit de nood waarin wij zijn
gekomen
of die nood door U, almachtig God, wordt
weggenomen.
Juist dan Heer' als U ons
beproeft,
waardoor onze ziel tot de dood toe
is bedroefd,
vrijmoedig in het geloof, een toevlucht
neemt in het gebed,
met diepe afhankelijkheid U vraagt of U
ons redt.
Laat onze ziel zich vast aan U blijven hechten,
juist nu alles ons aan komt vechten.
Door doodsangst vast aan U omklemd,
bent U het Heer' die dit ons gebed, bij U brengt,
De zorgen die ons zo zwaar kunnen omringen,
dwingen ons in het gebed om die dingen
door Uw Geest, aan U over te geven.
Immers U bent het Die gaat over dood of leven.
Laat Heer' ons gebed door Uw gemeente worden versterkt,
zo zal blijken dat Uw Geest Uw kracht in ons allen werkt.
Dan zal het in dat gebed het aan U worden overgelaten,
waardoor de Satan met zijn bestrijding, als tegen doven zal praten.
Als Heer' het in Uw Hoge raad bestaat,
dat U ons nog van ziekte zal willen genezen,
laat het dan zo mogen zijn, met welke uitkomst dan ook
dat Uw Naam er door wordt geprezen,
laat boven alles dat Uw wil voorgaat.
Uiteindelijk gaat het om die vrederust,
die al ons verstand te boven gaat,
waarin U ons eenmaal wakker kust,
zoals U dat op de Paasmorgen bij Jezus deed
toen U in Zijn opstanding,
ons daardoor liet weten,
dat U ook ons nooit meer zal vergeten!
Soli Deo Gloria!
Laat onze ziel zich vast aan U blijven hechten,
juist nu alles ons aan komt vechten.
Door doodsangst vast aan U omklemd,
bent U het Heer' die dit ons gebed, bij U brengt,
De zorgen die ons zo zwaar kunnen omringen,
dwingen ons in het gebed om die dingen
door Uw Geest, aan U over te geven.
Immers U bent het Die gaat over dood of leven.
Laat Heer' ons gebed door Uw gemeente worden versterkt,
zo zal blijken dat Uw Geest Uw kracht in ons allen werkt.
Dan zal het in dat gebed het aan U worden overgelaten,
waardoor de Satan met zijn bestrijding, als tegen doven zal praten.
Als Heer' het in Uw Hoge raad bestaat,
dat U ons nog van ziekte zal willen genezen,
laat het dan zo mogen zijn, met welke uitkomst dan ook
dat Uw Naam er door wordt geprezen,
laat boven alles dat Uw wil voorgaat.
Uiteindelijk gaat het om die vrederust,
die al ons verstand te boven gaat,
waarin U ons eenmaal wakker kust,
zoals U dat op de Paasmorgen bij Jezus deed
toen U in Zijn opstanding,
ons daardoor liet weten,
dat U ook ons nooit meer zal vergeten!
Soli Deo Gloria!
16 december
„Hem nu, die blijkens de kracht, welke in ons werkt, bij
machte is oneindig veel meer te doen dan wij bidden of beseffen, Hem zij de
heerlijkheid in de Gemeente.” Ef.3:20,21a
Lezen: Jeremia 33:1-3 (Ga naar dit bijbelgedeelte)
Jeremia was een onverbeterlijke pessimist vond men en daarom
werd hij opgesloten in de gevangenis. Hij bracht alleen maar een boodschap die
de mensen terneer drukte. Dat werkte demoraliserend!
Nu was dat helemaal niet waar, maar mensen die zich verzetten tegen de boodschap van God, vinden altijd wel iets waar ze kritiek op menen te kunnen hebben. Daarmee rechtvaardigen zij zichzelf dat ze helemaal niet luisteren!
Maar wie bereid is om te buigen onder de boodschap van oordeel, en erkennen durft dat het oordeel rechtvaardig is, die leert God kennen als een God van werkelijke liefde. Maar wie niet buigen wil en van God denkt dat Hij als een suikerzoete sinterklaas alleen maar lief is, die komt bedrogen uit. Als alle eigen inzichten blijken te falen en er geen hoop meer is, dan blijkt voor zulke mensen de hemel van koper en hun eigen gefantaseerde god blijkt niet te bestaan, is dood!
Jeremia was in nood. Hij had het Woord van God gesproken tot mensen die niet wilden buigen onder het rechtvaardig oordeel van God. Ze wilden alleen maar positieve en bemoedigende woorden horen. Jeremia heeft bemoedigende woorden van God ontvangen. Maar wie niet buigen wilde, hoorde ze niet, omdat deze woorden van overweldigende troost alleen bij Jeremia in de gevangenis te horen waren: „Roep tot Mij en Ik zal u antwoorden en u grote, ondoorgrondelijke dingen verkondigen, waarvan gij niet weet!” Wanneer wij ons gevangen voelen in de beklemming van eigen gedachten, wil God op ons roepen ons genezen, door ons te boeien met Zijn ondoorgrondelijke gedachten.
Nu was dat helemaal niet waar, maar mensen die zich verzetten tegen de boodschap van God, vinden altijd wel iets waar ze kritiek op menen te kunnen hebben. Daarmee rechtvaardigen zij zichzelf dat ze helemaal niet luisteren!
Maar wie bereid is om te buigen onder de boodschap van oordeel, en erkennen durft dat het oordeel rechtvaardig is, die leert God kennen als een God van werkelijke liefde. Maar wie niet buigen wil en van God denkt dat Hij als een suikerzoete sinterklaas alleen maar lief is, die komt bedrogen uit. Als alle eigen inzichten blijken te falen en er geen hoop meer is, dan blijkt voor zulke mensen de hemel van koper en hun eigen gefantaseerde god blijkt niet te bestaan, is dood!
Jeremia was in nood. Hij had het Woord van God gesproken tot mensen die niet wilden buigen onder het rechtvaardig oordeel van God. Ze wilden alleen maar positieve en bemoedigende woorden horen. Jeremia heeft bemoedigende woorden van God ontvangen. Maar wie niet buigen wilde, hoorde ze niet, omdat deze woorden van overweldigende troost alleen bij Jeremia in de gevangenis te horen waren: „Roep tot Mij en Ik zal u antwoorden en u grote, ondoorgrondelijke dingen verkondigen, waarvan gij niet weet!” Wanneer wij ons gevangen voelen in de beklemming van eigen gedachten, wil God op ons roepen ons genezen, door ons te boeien met Zijn ondoorgrondelijke gedachten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten