zondag 22 maart 2015

Gethsémané


Math. 26: 30-46

O Heer', dat vreselijk lijden
wat U eenmaal in de hof overkwam,
dat lijden behoorde aan mij toe,
maar zonder Uw Woord
en Geest weet ik daar niets van.
Ja dan slaap ik ook nu nog
zoals Uw discipelen dat deden,
terwijl U om die bittere drinkbeker
daar heeft geleden.


O Heer', wat staat mijn ijdele kennis,
mij nog daag'lijks in de weg.
Nu ik door Uw Geest en Woord
gehoord heb wat U daar heeft gezegd,
Uw smeking werd om mijn schuld,
door God Uw Vader niet verhoord,
zo heeft U o Heer' alleen
Gods wil daar ook voor mij vervuld,
met zweet druppels bloed om U heen.


O Heer', tot driemaal toe
heeft U daar Uw Vader gebeden,
nu weet ik door Uw volharding
hoe zwaar U heeft geleden,
zodat engelen U ondersteunde
nadat U voor het laatst heeft gebeden.
O Heer' Gods liefde voor mij
was sterker dan Uw smekende gebed,
 anders was mijn ziel nooit door U gered.


Nu prijst mijn ziel, hart en mond,
waardoor ik dit vreselijk lijden
door Uw Woord en Geest verstond.
Terecht treft ook mij Uw verwijt,
dat ik zo geslapen heb in die tijd,
waarin mij dat zo vaak is verkondigd,
belijd ik U mijn schuld met grote spijt,

nu ik Heer' des te meer mijzelf verwijt,
ja U grote liefde mij 
onuitsprekelijk verwonderd.


Soli Deo Gloria! 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten