Uit handen geven

melodie: Psalm 3

1. De Heiland sliep gerust,

ver zijnde uit de kust,

in stormen en gevaren.

Het scheepje liep al vol

de golven bol en dol,

wie zal hen daar bewaren,

zelf deden zij hun best,

maar moesten toch ten lest,

hun laatste krachten sparen.

Toen riepen zij Hem aan,

ontwaak Heer' wij vergaan,

hoe kunt U hier bij slapen.

2. Hij stond toen rustig op

zij tegen de storm stop

de golven die bedaarde.

met angst en vrees begaan

zag Hij hen voor Hem staan

zij moesten zich toen schamen.

Hij sprak vermanend aan.

Hoe kan dit schip vergaan,

wist wel Wie hen bewaarde.

Wees op hun ongeloof,

want die in God gelooft,

die zal Hij toch bewaren.

3. O mens maakt hier uit op

wie angst en zorgen stopt.

Zie hoe de Heiland werkte,

geen kracht is Hem te sterk.

want Hij stelt paal en perk,

al slaapt Hij, toch zal waken.

Ga eerst niet zelf aan 't werk.

die kracht is u te sterk.

zal over u ontfermen,

als u Hem vraagt om hulp,

dan toont Hij in zijn werk,

hoe Hij u zal beschermen.



4. Als door de rode zee,
gaat Hij ook met ons mee,
Zijn Woord zal richting geven.
Geen macht kan God weerstaan,
Veel groter is Zijn Naam,
dan die Hem leerde vrezen.
Het water van de doop,
geeft ons geloof en hoop,
in wat Hij ons beloofde.
Zijn Geest zal ons doen zien,
wat Jezus heeft verdiend,
voor hen die niet geloofde!

5. Geloof toch in Zijn Naam,

met heel Zijn kerk te saâm.

Geef Hem dan uw vertrouwen.

wees toch niet zo bevreest.

Die altijd is geweest,

waarop wij kunnen bouwen.

Leert ons Zijn weg te gaan,

bij vallen op doen staan.

In zoveel tegenspoeden,

bewijst Hij ons Zijn hulp,

toont ons Zijn groot geduld.

Hij zal ook ons behoeden!

Soli Deo Gloria!