De
Maaltijd
van de
Here!
Het is de
Here,
die mij alle
keren
heeft
uitgenodigd
om te komen aan
Zijn dis.
Dit dan tot eer
van
Zijn gedachtenis.
Zijn gedachtenis.
Vind ik dat
overbodig,
veracht ik dit
verzoek,
dan is het voor
mij wel nodig,
dat ik
mijzelf
eens
voorgoed vervloek.
Het is de
Here,
die nog alle
keren,
geduldig op mij
wacht.
Ondertussen wilt
Hij mij leren,
dat ik Zijn
roepstem
niet
veracht.
Wie ben ik
dat Hij mij
nodigt,
Nee dat is niet
overbodig,
dat geeft mijn
geloof,
in
Hem,
de nodige troost
en kracht.
Het is de
Here,
die tot mij
zegt,
Zie alle dingen
zijn gereed.
Zodat ik niet kan
zeggen,
eerst dit of
dat,
maar dat ik dat
nu weet.
Het is niet mijn
kracht
om op te
staan,
Hij heeft dat
door Zijn liefde
in mij
gewekt
om tot Hem te
kunnen gaan.
Het is de
Here,
die voor mij
stierf,
Het heil voor
mij
aan het kruis
verwierf!
Wat laat mij
blijven zitten,
was dat niet
genoeg?
Hij legt mij op
de lippen
Zijn lichaam als
teken,
wat Hij als het
mijne droeg.
Zijn bloed als
teken drinken,
dat Hij voor mij
vergoot.
Is dat voor mij
niet genoeg,
ben ik dan niet
Zijn
gunstgenoot?
Het is de
Here,
die mij de voeten
wast.
De
tegenstand
in mij wilt
keren,
en met Zijn
hand
mij de voeten
wast.
Zal ik Hem
tegenspreken
die Lieflijk is
en goed,
Zijn lichaam
voor mij
liet breken,
mijn schulden
waste
in Zijn
vergoten bloed?
Het is de
Here,
die ons samen
wenkt,
Kom o kom
toch,
tot Hem die
ons
het wonder
van
Zijn genade
schenkt.
Het is Zijn
Geest
die ons
allen roept
te komen
tot
dit
Zijn grote feest.
Aanschouw en
proef
Zijn wonderbare
kracht
en luister naar
Zijn woord
vanaf het
kruis,
Hét is
volbracht!
Hét is God
Drie-enig
die niet eeuwig
op ons komen wacht!
op ons komen wacht!
Soli
Deo Gloria!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten